Uit een op 10 september 2024 gepubliceerd onderzoek van de Inspectie Justitie en Veiligheid blijkt dat jongeren die worden verdacht van een strafbaar feit te lang moeten wachten op een passende straf of maatregel en de uitvoering daarvan. Wachten betekent voor een jongere een periode van onzekerheid en dit vergroot de kans op verder afglijden in de criminele wereld. De wachttijd verschilt per situatie, maar kan in sommige gevallen jaren duren. Te lang wachten doet afbreuk aan de rechtsbescherming van jongeren.
De wachttijd druist in tegen het pedagogisch uitgangspunt van het jeugdstrafrecht om de straf snel te laten volgen op het gepleegde delict. De Inspectie ziet diverse oorzaken voor de lange wachttijden. Zo ervaren alle organisaties personele krapte en is er een gebrek aan plaatsen in jeugdinrichtingen, aan plaatsen voor taakstraffen en aan behandelplekken ná de straf. Daarnaast ontstaan vertragingen doordat organisaties elkaar onvoldoende of verkeerd informeren over de jongere en diens straf. Het kost tijd om alsnog de juiste informatie te krijgen. Strafrechtelijke gegevens komen daardoor vaak niet tijdig bij de organisatie die ermee aan de slag moet. Verder zijn voor het uitvoeren van het strafproces van jongeren, medewerkers nodig die kennis hebben van het jeugdstrafrecht en van de ontwikkeling van jongeren. De Inspectie ziet dat het specialisme jeugd steeds meer onder druk komt te staan. Daar komt bij dat de jeugdstrafrechtketen geconfronteerd wordt met een verzwaring van de doelgroep en meer complexere zaken.
Belang jongere moet uitgangspunt zijn
Om deze situatie te doorbreken, de vertraging in de keten op te lossen en voldoende grip te krijgen op de hele keten moet er een duurzame gecoördineerde aanpak komen. Uitgangspunt daarbij moet het belang van de jongere zijn. Ter versterking van de keten moet gezorgd worden voor voldoende capaciteit; zowel voor wat betreft vakkundig personeel als het aantal plaatsen voor jongeren. In diverse inspectieonderzoeken is eerder al geconstateerd dat deze organisaties onder grote druk staan om hun werk goed uit te voeren. De organisaties zelf moeten nauwer samenwerken en elkaar beter informeren. Anders bestaat onder meer door de (werk)druk het risico dat ze zich alleen op hun eigen taak richten terwijl juist in de jeugdstrafrechtketen samenwerken van groot belang is om jongeren goed te helpen. Met elkaar dienen ze te bedenken hoe jongeren sneller door de keten geleid kunnen worden. Nu voldoen ze zelfs niet aan maximale wachttijden die ze zelf hebben opgesteld, ondanks dat de medewerkers hard werken om de jongeren te helpen. Ook op ketenniveau proberen de organisaties al jarenlang om versnelling aan te brengen maar dit heeft onvoldoende effect.
De Rechtspraak onderschrijft conclusies
De Rechtspraak schrijft op 11 september 2024 in een reactie op het rapport de conclusies van de Inspectie te onderschrijven. De Rechtspraak heeft in mei 2022 al haar zorgen geuit over de negatieve effecten van tekorten in de strafrechtketen op jeugdigen die met justitie in aanraking komen. Door onder meer een gebrek aan plaatsen in jeugdinrichtingen en een ontoereikend hulpaanbod, kan de straf of maatregel die de jeugdstrafrechter passend vindt niet altijd goed of niet op de meest geschikte plek worden uitgevoerd. Door capaciteitstekorten bij de Justitiële Jeugdinrichtingen worden bijvoorbeeld 18-plussers die volgens het jeugdstrafrecht worden veroordeeld, alsnog in een penitentiaire inrichting voor volwassenen geplaatst.
Aantasting pedagogisch karakter
De Rechtspraak onderschrijft de vaststelling van de Inspectie dat deze problemen het pedagogische karakter van het jeugdstrafrecht aantasten. Jeugdrechters delen de zorg dat daarmee het risico wordt vergroot dat jeugdige delinquenten verder afglijden en opnieuw de fout in gaan. Daarnaast heeft de Rechtspraak eerder gewezen op het feit dat het niet uitvoeren van het vonnis ook het gezag van de rechter ondermijnt. De Rechtspraak steunt de oproep aan de staatssecretaris om te investeren in de capaciteit en kwaliteit van de strafrechtketen. De Rechtspraak neemt daarnaast de aanbeveling van de inspectie ter harte om als partner in de strafrechtketen nog meer inspanning te plegen op het versterken van de samenwerking met de ketenpartners.
Rapport Pedagogisch uitgangspunt onder druk
Bronnen: www.inspectie-jenv.nl en www.rechtspraak.nl