Nederlands Juristenblad 35
13 oktober 2015
2015/10
Kroniek van het vermogensrecht
Twijfel doet zich gelden op vele niveaus: als bijvoorbeeld de Hoge Raad zelf niet twijfelt over de juiste uitleg van EU-regels is hij niet verplicht om antwoorden van het Hof van Justitie EU op vragen van andere rechters, die hieromtrent wel twijfelden, af te wachten of zelf vragen te stellen. Maar twijfel over de precieze betekenis van specifieke wettelijke bepalingen komt in de kroniekperiode bij de Hoge Raad minstens twee keer aan de orde. Het Hof van Justitie EU neemt tijdens de kroniekperiode over een belangrijk punt dan weer twijfel weg in het Europese consumentrecht. Geen twijfel is er ook over de voortgang van de ontwikkeling van het Europees privaatrecht. Geen twijfel is er in ieder geval over het feit dat met name advocaten er goed aan zouden doen de aanwijzingen die de Hoge Raad tot tweemaal toe formuleert over zorgnormen ter harte te nemen.
Kroniek van het straf(proces)recht
Op het eerste gezicht leek het een rustig half jaar. Maar met name in september is een aantal (beleids)kwesties in een stroomversnelling geraakt en kwam de Minister van Veiligheid en Justitie in opspraak over de betrokkenheid van de overheidsinstanties bij de foto van Volkert van der G. Op het gebied van wetgeving is het nog even stilte voor de storm (in het kader van de Modernisering Wetboek van Strafvordering), maar de Hoge Raad heeft een groot aantal belangwekkende uitspraken gedaan (al of niet in cassatie in belang der wet). Voor die rechtspraak is in deze kroniek de meeste aandacht.
Kroniek van het algemeen bestuursrecht
Het Wetsvoorstel splitsing van de Raad van State en opheffing van de Centrale Raad van Beroep en het College van Beroep voor het bedrijfsleven en de zogenoemde ‘concurrenten-rechtspraak’ hebben het afgelopen half jaar de meeste pennen in beweging gebracht. Voor het overige was het in deze kroniekperiode betrekkelijk rustig. Op het gebied van openbaarheid van bestuur is vooral het een en ander te doen geweest over het wetsvoorstel waarbij de dwangsom bij WOB-zaken uit de wet wordt gehaald. Het voorstel blijkt op verrassend veel weerstand te stuiten. Verder blijven onrechtmatig verkregen bewijs en de bestuurlijke boete belangrijke thema’s en is een aantal interessante uitspraken over het vertrouwensbeginsel gewezen.
Kroniek van het burgerlijk procesrecht
Dit jaar is voor het eerst sinds 2012 de voorjaarskroniek (civiele) rechtspleging weer verschenen. Daarin heeft Carla Klaassen aandacht besteed aan belangrijke actuele ontwikkelingen en thema’s op het gebied van de civiele rechtspleging. De onderhavige kroniek concentreert zich daarom als vanouds op de belangrijkste ontwikkelingen in de jurisprudentie van met name de Hoge Raad op het terrein van het burgerlijk procesrecht. Het beeld in de jurisprudentie is grotendeels ook als vanouds: geen revolutionaire ontwikkelingen, maar voldoende uitspraken die de moeite van het signaleren waard zijn. Als echter de rechtspraak naar aanleiding van de pilotreglementen bij de Gerechtshoven Amsterdam en ’s-Hertogenbosch een voorbode is van wat ons te wachten staat na de invoering van KEI, zal er de komende jaren voldoende stof zijn voor deze kroniek.
Eerder verschenen
NJB 34 (2015)
6 oktober 2015
NJB 33 (2015)
29 september 2015
NJB 32 (2015)
22 september 2015
NJB 31 (2015)
15 september 2015
NJB 30 (2015)
8 september 2015