Artikelen van Gerben Meynen

Tijdschrift NJB 1 (2024)
Stoornis en ontoerekenbaarheid
Esther Nauta, Sjors Ligthart en Gerben Meynen
In het oordeel over ontoerekenbaarheid ontmoeten twee domeinen elkaar: het juridische en het geneeskundige. In het arrest in de zaak Thijs H. introduceerde de Hoge Raad een beoordelingskader voor de ontoerekenbaarheid, dat bestaat uit twee centrale componenten. Ten eerste moet bij de verdachte tijdens het feit sprake zijn geweest van een psychische stoornis in de zin van artikel 39 Sr. Ten tweede moet die stoornis hebben doorgewerkt in het begrip of in de controle van de verdachte. Deze beschouwing focust op de eerste component. Auteurs plaatsen enkele kanttekeningen bij de overweging van de Hoge Raad dat voor de ontoerekenbaarheid de vaststelling van een ‘stoornis in juridische zin’ volstaat.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Academische vrijheid onder druk
Rob van Gestel
Er zijn allerlei signalen waarneembaar die erop duiden dat het niet de goede kant opgaat met de academische vrijheid in Nederland. In een recent rapport van het Europees Parlement scoort Nederland op dat terrein slechts een 24ste plek op de ranking van de 27 EU-lidstaten. Ook is er de laatste jaren in toenemende mate discussie over problemen rond benoeming en bevordering van wetenschappers, beïnvloeding van onderzoek door sponsoren en problemen rond machtsmisbruik en sociale onveiligheid aan universiteiten. Jurisprudentie illustreert bovendien dat universiteiten ruime mogelijkheden bezitten om via allerlei interne reglementen en instructies beperkingen aan te brengen op de academische vrijheid van individuele wetenschappers.

[verder lezen in NAVIGATOR]

De verkiesbaarheid van Donald Trump
Rob van der Hulle
In de Verenigde Staten wordt op dit moment discussie gevoerd over de vraag of voormalig president Donald Trump zich bij de presidentsverkiezingen in november opnieuw verkiesbaar mag stellen. Sommige staatsrechtgeleerden menen van niet. Volgens hen is Trump door zijn aandeel in de bestorming van het Capitool op 6 januari 2021 van rechtswege van het presidentschap uitgesloten. Dit betoog heeft in de media veel aandacht gekregen. Inmiddels zijn hier in diverse deelstaten rechtszaken over gestart en hebben enkele statelijke rechters zich hierover al uitgesproken.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Maatregelen van kinderbescherming moeten blijven bij vechtscheidingen, zij het effectiever
Christiaan Landman
In NJB 2023/2453, aflevering 34 pleiten Adri van Montfoort & Mariëlle Bruning voor ‘Minder maatregelen van kinderbescherming bij scheidingsconflicten’. Samengevat vinden ze dat vechtscheidingen vooral weer een zaak moeten worden van de ouders in plaats van van de overheid. De ouders moeten het maar voor de rechter uitvechten in rechtszaken over gezag en omgang (hierna: ‘G&O’). Dit is een heel erg slecht idee dat vooral geschreven lijkt vanuit een ivoren toren, en vanuit de presumptie dat ‘de rechter wel weet wat in het belang van het kind is’ en dat ouders kúnnen procederen.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Minder maatregelen van kinderbescherming bij scheidingsconflicten
Cees van Leuven
Van Montfoort & Bruning (hierna: auteurs) verwerpen het Advies Complexe scheidingen en jeugdbescherming, brief van de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ) van 17 mei 2023. Dat is niet verstandig.

[verder lezen in NAVIGATOR]

4 januari 2024
Tijdschrift NJB 22 (2021)
Neurorechten: wat doet Nederland ermee?
Sjors Ligthart, Tijs Kooijmans en Gerben Meynen
Nieuwe neurotechnologieën werpen fundamentele vragen op voor het recht. Grofweg zijn twee typen technologieën te onderscheiden: enerzijds technieken die informatie uit het brein halen en anderzijds technieken die het brein veranderen. Bieden fundamentele rechten zoals vastgelegd in het EVRM en de Grondwet voldoende houvast en ruimte om het gebruik van deze technologieën in de hand te houden of moeten nieuwe rechten worden geformuleerd? In internationale literatuur wordt al enkele jaren gediscussieerd over de vraag of traditionele rechten en vrijheden voldoende bescherming bieden tegen deze opkomende technologieën die kunnen ingrijpen in ons ‘mentale leven’. Verschillende landen staan inmiddels op het punt van daadwerkelijke erkenning van specifieke neurorechten in hun nationale constitutie, maar in Nederland is er vooralsnog weinig aandacht voor deze belangrijke rechtsontwikkeling. Deze bijdrage beoogt die discussie te stimuleren en te verbreden door te onderstrepen dat naast de wetenschap input van de politiek – op het gebied van rechtsbescherming – inmiddels ook van belang is.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Bescherming Klokkenluiders schiet ernstig tekort
Janny Dierx en Rob van Eijbergen
De bestaande (rechts)bescherming en het voorstel voor een nieuwe Wet Bescherming Klokkenluiders schieten ernstig tekort omdat er te weinig oog is voor de specifieke dynamiek in klokkenluiderszaken en omdat er een structureel gebrek aan effectieve conflicthantering bestaat. De huidige focus op procedures drijft betrokkenen onnodig uit elkaar. Klokkenluiders hebben tastbare en doortastende ondersteuning nodig om een melding constructief bespreekbaar te maken. Daarbij zou preventief moeten worden ingespeeld op veel voorkomende patronen die zich voordoen in klokkenluiderszaken.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Nieuw auteurscontractenrecht 2021
Dirk Visser
Per 7 juni 2021 verandert het auteurscontractenrecht. Auteurs, uitvoerende kunstenaars, uitgevers, producenten en opdrachtgevers worden geconfronteerd met nieuwe regels en nieuwe onzekerheden ten gevolge van Europese harmonisatie. In deze bijdrage wordt een overzicht gegeven van de veranderingen en hoe hier in de praktijk het beste mee kan worden omgegaan.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Gerechtskunst
Reiner de Winter
Als er één beroepsgroep is die ervan op de hoogte is dat alles zich met alles laat verbinden, dan is het wel de onze. De schijn van noodzakelijkheid ligt immers al heel gauw voor het oprapen, weet een jurist uit ervaring. En de meeste ‘rechtzoekenden’ weten dat eveneens! Wonderbaarlijk dan ook dat er zoveel publiciteit ontstond naar aanleiding van de aankleding van de nieuwe rechtbank in Amsterdam.

[verder lezen in NAVIGATOR]

2 juni 2021
Tijdschrift NJB 8 (2020)
Tenuitvoerlegging van strafrechtelijke sancties anno 2020
Sjors Ligthart, Pauline Jacobs, Tijs Kooijmans, Marc Groenhuijsen, Joke Harte en Gerben Meynen
Kenmerkend voor het huidige tijdsgewricht is dat incidenten in de sfeer van de tenuitvoerlegging van strafrechtelijke sancties de politiek lijken te verplichten tot het nemen van onmiddellijke (wettelijke) maatregelen. De discussie hierover raakt direct aan zwaarwegende belangen; van gedetineerden, tbs-gestelden, slachtoffers en van de maatschappij in het algemeen. Maar naast een verscheidenheid aan individuele en maatschappelijke belangen komt ook een breed spectrum aan wetenschapsdisciplines samen in de tenuitvoerlegging van strafrechtelijke sancties. Daarom wordt in deze bijdrage het belang geïllustreerd van een brede, multidisciplinaire discussie omtrent het huidige sanctierecht en van (voorgenomen) wijzigingen daarvan. Huidige ontwikkelingen omtrent de v.i. en de rol van risicotaxatie-instrumenten bij het nemen van sanctierechtelijke beslissingen laten zien dat waardevolle inzichten uit de (neuro)psychologie, psychiatrie en victimologie vooralsnog allesbehalve optimaal worden benut bij het voorstellen van aanpassingen in het strafrechtelijk sanctierecht.


Lees het hele artikel in Navigator.

Wie beschermt de rechtspraak?
Jan Vranken
De huidige aanvallen op de rechterlijke macht vinden niet plaats in een maatschappelijk, politiek en juridisch vacuüm en kunnen daarom ook niet geïsoleerd bestreden worden. Het gaat om herstel van vertrouwen over zo ongeveer de hele breedte van de samenleving. De rechterlijke macht zelf is geen partij in een gevecht met degenen die feiten en argumenten naar believen duiden als het eigen gelijk en de eigen Waarheid, omdat de rechtspraak het nu juist van zorgvuldigheid, precisie en genuanceerde afweging moet hebben. Wat minimaal nodig is, is toch de grondtoon van elkaar enige ruimte geven: dat men elkaar serieus neemt en ervan uitgaat dat ook de anderen oprecht bezorgd zijn over de democratische rechtsstaat en zijn rechtspraak, ook al wordt die bezorgdheid diametraal anders ingevuld. Of dat er nog inzit? Auteur heeft er een hard hoofd in.


Lees het hele artikel in Navigator.

De rol van meer verplichtende maatregelen in het Nederlandse vaccinatiebeleid
Roland Pierik en Marcel Verweij
Het staat buiten kijf dat alle partijen in het debat rondom vaccinatie het liefst willen dat groepsbescherming robuust gegarandeerd wordt via vrijwillige vaccinatie en idealiter wordt een vaccinatieplicht in welke vorm dan ook vermeden. Maar de Nederlandse politiek kan een discussie over meer verplichtende maatregelen niet langer uit de weg gaan. De dalende lijn in de vaccinatiegraad lijkt in Nederland vooralsnog gestopt, maar mocht de vaccinatiegraad ooit te ver dalen dan zal ook de Nederlandse regering tot actie moeten overgaan en vaccinatiedrang via de kinderopvang, zoals voorgesteld door de commissie Vermeij, is dan het beste voorstel.


Lees het hele artikel in Navigator.

Digitaal procederen bij de Hoge Raad in alle strafzaken mogelijk
Edwin Bleichrodt, Nastja van Strien en Joeri Bemelmans
Digitaal procederen in strafzaken heeft de toekomst. Een nieuwe stap in deze ontwikkeling is dat per 1 februari 2020 in alle soorten strafzaken digitaal kan worden geprocedeerd bij de Hoge Raad der Nederlanden. Met ingang van die datum kunnen, naast vertegenwoordigers van het Openbaar Ministerie (cassatiedesk) en advocaten, gemachtigde medewerkers van advocaten onder voorwaarden met het webportaal van de Hoge Raad werken.


Lees het hele artikel in Navigator.

Bekijk dit nummer in Navigator.

26 februari 2020
Tijdschrift NJB 44 (2019)
Nieuwe digitale (grond)rechten
Bart Custers
Door de steeds bredere inzet van digitale technologie door overheden en bedrijven dringt zich een toenemend aantal vragen op over regulering van die technologie, in het bijzonder welke rechten en bescherming burgers zouden moeten hebben. De nadruk ligt daarbij vrijwel altijd op het toepassen en eventueel aanpassen van bestaande (grond)rechten. Wat echter ontbreekt in het debat en het juridisch onderzoek is een bredere discussie over welke nieuwe (grond)rechten burgers zouden moeten hebben in het digitale tijdperk. Slechts een enkele keer komen nieuwe concepten naar boven, zoals het ‘recht om vergeten te worden’. Deze bijdrage gaat in op de vraag welke nieuwe, aanvullende (grond)rechten we zouden bedenken in het digitale tijdperk als we ze nu zouden moeten opstellen, zonder (al te veel) gebonden te zijn aan reeds bestaande grondrechten. In de hoop een breder juridisch debat hierover op te starten, worden uiteenlopende nieuwe rechten voor burgers voorgesteld.


Lees het hele artikel in Navigator.

De juridische randvoorwaarden voor een datagedreven samenleving
Bart van der Sloot en Sascha van Schendel
Nederland heeft grote ambities ten aanzien van de transformatie naar een data-gedreven samenleving. Er wordt fors geïnvesteerd in technische universiteiten, geëxperimenteerd met smart cities, predictive policing en data-gedreven processen binnen zowel de publieke als private sector, en steeds meer beleids- en besluitvorming wordt geautomatiseerd. Er is een aantal juridische aanpassingen nodig om dit proces in goede banen te leiden: data-gedreven processen moeten beter worden ingekaderd, er dient meer nadruk te komen op de bescherming van maatschappelijke belangen en het procesrecht zou meer ruimte moeten bieden voor vertegenwoordigende, collectieve en algemeen belangacties.


Lees het hele artikel in Navigator.

Effectieve rechtsbescherming bij algoritmische besluitvorming in het bestuursrecht
Jurgen de Poorter en Jurgen Goossens
In toenemende mate oefent het bestuur regelgevende bevoegdheden uit en kent het de wetgever een grote beslissingsruimte toe inzake bestuurlijke bevoegdheden. In de sterk gedigitaliseerde, complexe samenleving maakt het bestuur daarenboven zelf in toenemende mate gebruik van algoritmen ter vervanging van menselijke tussenkomst om de efficiëntie van besluitvormingsprocessen te verhogen, waarbij zowel sprake kan zijn van algoritmische ondersteuning als volledig geautomatiseerde besluitvorming. Aangezien zowel de mogelijkheid tot controle als de (menselijke) tussenkomst van het openbaar bestuur bij algoritmische besluitvorming afnemen, is een inhoudsvolle rechterlijke toetsing van wezenlijk belang voor een effectieve rechtsbescherming. Het black box-karakter van algoritmen, en zeker van zelflerende, kan echter leiden tot het ontstaan van een rechterlijk vacuüm. Hoe kan deze vicieuze cirkel doorbroken worden?


Lees het hele artikel in Navigator.

Artificiële intelligentie en risicotaxatie
Johannes Bijlsma, Floris Bex en Gerben Meynen
De snelle ontwikkeling van artificiële intelligentie werpt een aantal prangende vragen op voor strafrechtjuristen en forensisch gedragsdeskundigen. Risicotaxatie met behulp van AI heeft de potentie om een relatief betrouwbaar middel te worden om inschattingen van recidivegevaar te maken. Een belangrijk vraagpunt is tot hoeveel vals-positieven (precision) en vals-negatieven (recall) de inschatting leidt. Door de ‘kosten’ van verschillende fouten te bepalen en in het algoritme te verwerken, kan het belang van de maatschappelijke veiligheid worden afgewogen tegen het belang dat burgers niet ten onrechte door strafrechtelijk ingrijpen moeten worden getroffen. Een tweede vraagpunt is hoe omgegaan moet worden met biases. Er zijn technische manieren om vooroordelen in de algoritmes tegen te gaan, maar daarbij moet wel de normatieve vraag onder ogen worden gezien hoe dat op een rechtvaardige wijze kan gebeuren. Ten derde zijn AI-algoritmes relatief ondoorzichtig, waardoor zij niet altijd mogelijkheden aanwijzen voor interventies die gericht zijn op rehabilitatie van de veroordeelde.


Lees het hele artikel in Navigator.

De bewijskracht van de blockchain timestamp
Arjen Schram
In dit artikel wordt verkend in hoeverre bewijs in de vorm van blockchain-transacties naar Nederlands recht het auteursrechtelijke makerschap in juridische procedures kan ondersteunen en of ons procesrecht zulk bewijs toelaat.


Lees het hele artikel in Navigator.

18 december 2019
Tijdschrift NJB 16 (2019)
Tbs en stoornis
Sjors Ligthart, Tijs Kooijmans en Gerben Meynen
Als verdachten weigeren mee te werken aan het onderzoek pro Justitia kunnen gedragsdeskundigen soms geen stoornis vaststellen, hetgeen aan tbs-oplegging in de weg kan staan. Dit acht de Minister voor Rechtsbescherming onwenselijk en hij wil in de wet expliciteren dat voor tbs-oplegging een juridisch stoornis concept geldt, dat ruimer is dan het medisch stoornisbegrip. Dat wil zeggen dat voor de vaststelling van een psychische stoornis geen medische diagnose zou zijn vereist. In dit artikel wordt ingegaan op enkele knelpunten die door de aangekondigde wetswijziging kunnen ontstaan. Deze hebben betrekking op artikel 5 lid 1 onder e EVRM, de verdedigingspositie van verdachten en de consistentie tussen oplegging en tenuitvoerlegging van de tbs. Vanwege deze knelpunten zouden volgens de auteurs ook andere voorstellen moeten worden onderzocht om de samenleving te beschermen tegen gevaarlijke personen van wie geen psychische stoornis kan worden vastgesteld door de gedragsdeskundige.


Lees het hele artikel in Navigator.

Verward geweld of geweld verward
Jelle van Buuren en Bram Sizoo
Er is een tendens waarneembaar waarbij gewelddadige incidenten direct geduid moeten worden. Daarbij lijkt geen ruimte te zijn voor nuance; de onmiddellijk te beantwoorden vraag is of er sprake was van terrorisme, verward gedrag of psychiatrie. Ieder antwoord van woordvoerders van politie, GGZ of gemeente lijkt tot controverse te leiden, waardoor de verwarring alleen maar groter wordt. In deze bijdrage wordt dit fenomeen geanalyseerd, waarbij de onmiddellijke behoefte aan betekenisverlening en de begrippen zelf worden besproken. De conclusie is dat het raadzaam is om na een incident alleen de evidente feiten te vermelden en de duiding pas te communiceren als dat met feiten kan worden gestaafd.


Lees het hele artikel in Navigator.

De nieuwe Democrators, de rechter en de burger
Marijke Malsch
De laatste tijd wordt veel gedebatteerd over rechtsstaat en democratie. In sommige landen komen democrators’ op die ingrepen doen in de onafhankelijke rechterlijke macht en de checks and balances inperken. Nederland heeft geen democrator, maar ook bij ons heeft het ministerie steeds meer invloed op de rechterlijke macht. De rol van de rechter neemt af, en dat gaat ten koste van rechtsbescherming en openbaarheid. De Nederlandse rechtspraak lijkt over dit onderwerp vooral in gesprek te willen met zichzelf, met de minister of de Tweede Kamer; de wereld daar buiten lijkt minder te spelen. Terwijl het juist om die wereld gáát. Er lijkt nog steeds geen erg stevige traditie binnen de Nederlandse rechterlijke macht te zijn in het proberen de burger te bereiken. De burger in zijn hoedanigheid van rechtzoekende of belangstellende zou de (eerste) adressant van de rechtspraak moeten zijn, en niet de hogere rechter of de minister.


Lees het hele artikel in Navigator.

Bestraf juridische onzin van de overheid!
Reiner de Winter
Het heeft weliswaar lang geduurd vóór NRC Handelsblad er achter kwam, maar inmiddels mag het wel een publiek geheim heten: de juridische stellingen van Thierry Baudet behelzen vaak niet meer dan apekool. De verdenking van kwade trouw ligt dan voor de hand. Nou ja, Thierry Baudet… Veel bedenkelijker wordt het als van overheidswege juridische apekool de wereld in wordt gestuurd.


Lees het hele artikel in Navigator.

Einde van het ondernemerschap van de gerechtsdeurwaarder?
Henk van Dijk


Lees het hele artikel in Navigator.

25 april 2019
Tijdschrift NJB 34 (2018)
Wat is ‘aannemelijk’?
Johannes Bijlsma en Gerben Meynen
De aanwezigheid van strafuitsluitingsgronden en de voorwaarden waaraan voldaan moet zijn voor de oplegging van sancties, hoeven niet ‘wettig en overtuigend’ vast te staan. Vereist is dat de strafuitsluitende omstandigheid of de sanctievoorwaarde op enige wijze ‘aannemelijk’ is geworden. Maar wanneer is iets ‘aannemelijk’? In tegenstelling tot andere rechtssystemen is dit in Nederland open gelaten. In deze bijdrage bepleiten de auteurs meer invulling te geven aan het sanctierechtelijk bewijscriterium, vooral ook in het licht van recente ontwikkelingen. Zo kan de rechter sinds begin dit jaar aan onder meer zedendelinquenten een maatregel tot gedragsbeïnvloeding of vrijheidsbeperking opleggen die op vordering van de officier van justitie ten uitvoer kan worden gelegd na afloop van tbs of gevangenisstraf, waardoor toezicht bij ‘aannemelijk’ recidiverisico in theorie levenslang kan duren.


Lees het hele artikel in Navigator.

Belastingheffing over cryptobezittingen in box 3
Michelle de Reus en Esther van Nijnatten
Een groot aantal Nederlanders is inmiddels in de handel in cryptovaluta gestapt. De onervaren belegger zal zich er wellicht niet bewust van zijn dat hij zijn cryptovermogen moet aangeven in zijn aangifte voor de inkomstenbelasting. En is hij zich dat wel, dan ziet hij zich geconfronteerd met de vraag tegen welke waarde hij zijn cryptobezittingen in zijn aangifte moet verantwoorden. Daarom strekt het tot aanbeveling dat de voorschriften die daarop betrekking hebben zoals het in aanmerking te nemen waarderingstijdstip en het platform waarop de koers wordt bijgehouden wettelijk moeten worden vastgelegd, evenals dat de Belastingdienst belastingplichtigen toereikend voorlicht. Dit geldt temeer nu de Belastingdienst (nog) over weinig genoegzame controlemiddelen beschikt om cryptobezittingen van een belastingplichtige te achterhalen.


Lees het hele artikel in Navigator.

Het kan zo KEI-makkelijk zijn
Nicole de Boer
Een dringend verzoek aan de wetgever en de Raad voor de rechtspraak: houd het simpel. Trek de KB’s waarmee de KEI-wetten zijn ingevoerd in, trek innovatie en digitalisering uit elkaar en kijk alstublieft in eerste instantie alleen naar een (uiteraard veilige) oplossing voor het digitaal communiceren met de griffies en het digitaal indienen van stukken, zodat wij eindelijk afscheid kunnen nemen van onze faxapparaten.


Lees het hele artikel in Navigator.

Het eerste verhoor van Michael P.
Abhijit Das
Hoe moeilijk de gruwelijke feiten waarvoor Michael P. is veroordeeld het ook maken, genegeerd kan niet worden dat het zwaarwegende doel om strafbare feiten op te sporen, of zelfs te voorkomen, niet elke gedraging van de opsporingsautoriteiten kan rechtvaardigen. In dit geval zo wordt hier betoogd gingen de autoriteiten over de schreef en had dit niet zonder gevolgen mogen blijven.


Lees het hele artikel in Navigator.

10 oktober 2018
Tijdschrift NJB 14 (2018)
De Hoge Raad en het reviewmechanisme
Wiene van Hattum
In 2016 is door de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie onder druk van rechtspraak van het EHRM een mechanisme ontwikkeld dat moet voorzien in de herbeoordeling van een levenslange gevangenisstraf. Van enige innerlijke drang bij de Staat om een prospect of release te bieden blijkt echter niet veel. Het herbeoordelingsmechanisme heeft de positie van levenslanggestraften ten opzichte van de situatie van vóór de regeling niet wezenlijk verbeterd. Sterker nog: met de nieuwe regeling zijn de levenslanggestraften verder van huis. Voor allen geldt nu, zonder onderscheid, een periode van stilstand van minimaal 25 jaar. Positief te waarderen is dat de Hoge Raad de weg wijst naar een judicial review. Het is echter aan de veroordeelde om van deze mogelijkheid gebruik te maken, nu de ambtshalve optredende rechter in het gekozen reviewmechanisme de grote afwezige is.


Lees het hele artikel in Navigator.

De Nederlandse detentieomgeving en het resocialisatiebeginsel
Sjors Ligthart, Laura van Oploo, Jesse Meijers, Tijs Kooijmans en Gerben Meynen
Recent neuropsychologisch onderzoek suggereert dat detentie leidt tot achteruitgang van belangrijke hersenfuncties bij gedetineerden. Een mogelijke verklaring voor die achteruitgang is de verarmde (versoberde) detentieomgeving, waarmee een omgeving met weinig lichamelijke, geestelijke en sociale activiteit wordt bedoeld. Verschillende hersenfuncties zijn cruciaal voor een succesvolle resocialisatie. Een andere onderzoekslijn binnen de psychologie onderzoekt de relatie tussen voeding en agressie bij gedetineerden, waarbij ook de mogelijkheid van voedingsinterventies wordt onderzocht. In deze bijdrage worden de mogelijke implicaties van dergelijk (neuro)psychologisch onderzoek voor de Nederlandse detentieomgeving geanalyseerd in het licht van het resocialisatiebeginsel.


Lees het hele artikel in Navigator.

Langdurige eenzame opsluiting onder de loep
Merel Pontier
Zowel terdoodveroordeelden in de Verenigde Staten als gedetineerden in Nederland die in een Terroristen Afdeling zijn geplaatst, zitten feitelijk in eenzame opsluiting en zijn het overgrote deel van de dag verstoken van menselijk contact. Bovendien hebben ze geen enkele, dan wel zeer beperkte mogelijkheden om hun plaatsing te laten toetsen en te laten herzien door een onafhankelijke instantie. Dat is in strijd met de Europese minimumregels voor de behandeling van gevangenen en ook met die van de VN.


Lees het hele artikel in Navigator.

5 april 2018
Tijdschrift NJB 5 (2017)
Heeft ons strafrecht de ‘verminderde’ toerekeningsvatbaarheid wel nodig?
Johannes Bijlsma en Gerben Meynen
Sinds het verschijnen van de Richtlijn psychiatrisch onderzoek en rapportage in strafzaken in 2012 is er onder gedragsdeskundigen discussie over het aantal graden van toerekeningsvatbaarheid. Traditioneel werd in Nederland een vijfpuntsschaal gehanteerd: toerekeningsvatbaar, licht verminderd, verminderd, sterk verminderd toerekeningsvatbaar en ontoerekeningsvatbaar. De richtlijn verving deze indeling door een driepuntsschaal met slechts één middencategorie: verminderde toerekeningsvatbaarheid. Onlangs werd door het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie, na consultatie en debat, het aantal graden van toerekeningsvatbaarheid definitief vastgesteld op drie. Maar wat is, nog afgezien van de drie- dan wel vijfpuntsschaal, überhaupt de juridische zin van het gebruik van ‘verminderde’ toerekeningsvatbaarheid? Dit artikel analyseert en evalueert nut en noodzaak van de verminderde toerekeningsvatbaarheid binnen het Nederlandse strafrecht.


Lees het hele artikel in Navigator.

Gelijk behandeld als zwangere student?
Anja Eleveld, Janneke Allers, Sietske Delen en Janine van Veldhuizen
In hoeverre voldoen instellingen in het mbo en het hoger onderwijs aan de eisen die voortvloeien uit het gelijke behandelingsrecht als het gaat om zwangere studenten en studerende ouders? Om die vraag te beantwoorden wordt in dit artikel na het vaststellen van die eisen in de eerste plaats gekeken naar onderwijsverplichtingen waaraan deze studenten mogelijkerwijs niet (kunnen) voldoen doordat ze herhaaldelijk afwezig zijn. Vervolgens is gekeken naar de wijze waarop de combinatie van studie en zwangerschap en/of de zorg voor jonge kinderen gefaciliteerd wordt door het toekennen van rechten. De meeste onderwijsinstellingen blijken onvoldoende te ondernemen om deze studenten te faciliteren. Ten aanzien van het nakomen van onderwijsverplichtingen overtreden zij het verbod om te discrimineren op grond van geslacht, indien met name vrouwelijke studenten worden getroffen en het beleid niet objectief kan worden gerechtvaardigd.


Lees het hele artikel in Navigator.

Levende stemkastjes en het verbod van last
Geerten Boogaard
Zijn de plannen van GeenPeil in strijd met de Grondwet? Wat auteur betreft wel, zij het in relatieve en fundamentele zin. Relatief, omdat het idee van een levend stemkastje nog meer op gespannen voet staat met het oorspronkelijke beginsel van het vrije mandaat dan de praktijk van de partijendemocratie met zijn fractiediscipline al deed. Maar desalniettemin fundamenteel, omdat het niet zozeer over de formele regeltjes van de geldigheid van besluiten van de Tweede Kamer gaat, maar om een wezenlijk ander democratisch ideaal dan het representatieve waarop de Grondwet rust.


Lees het hele artikel in Navigator.

Bezwaarbehandeling door de overheid anno 2016 van de andere kant bezien
Arno van Deuzen
Met belangstelling las ik het artikel van Marc Wever in de laatste aflevering van het NJB van 2016 (NJB 2016/2289, afl. 44, p. 3238-3246). Wat me opviel (en ook enigszins teleurstelde), was dat alleen de kant van de overheid in het artikel naar voren komt. De kant van de bezwaarmaker en diens advocaat dan wel andere rechtshulpverlener kwam niet aan bod.


Lees het hele artikel in Navigator.

Naschrift
Marc Wever
door de overheid anno 2016’ een reactie van Arno van Deuzen ontlokt had. Van Deuzen schrijft onder meer teleurgesteld te zijn dat ik voor mijn bijdrage in het NJB uitsluitend van overheidswege verkregen informatie heb gebruikt. Laat ik voorop stellen zijn reactie te begrijpen.


Lees het hele artikel in Navigator.

1 februari 2017
Tijdschrift NJB 45 (2013)
Themanummer ‘Neurolaw in Nederland’
Katy de Kogel, Paul van de Beek, Frans Leeuw, Gerben Meynen en Lizanne Westgeest

De betekenis van de neurowetenschappen voor het recht

De neurowetenschappen hebben steeds meer invloed op andere disciplines gekregen. Zo zijn er de neurolinguïstiek, de neuropsychologie en neuro-economie. Sinds een paar jaar bestaat ook de term ‘neurolaw’, een wetenschapsgebied dat de betekenis van de neurowetenschappen voor het recht onderzoekt. Daar is behoefte aan. Er is een aanhoudende stroom neurowetenschappelijke bevindingen die op zijn minst lijken te raken aan het recht. Zo wordt er onderzoek gedaan naar neurobiologische aspecten van agressie en antisociaal gedrag.

Neurobiologische informatie in Nederlandse strafzaken
Katy de Kogel en Lizanne Westgeest

Om meer inzicht te krijgen in de wijze waarop neurobiologische informatie in de rechtspraktijk wordt gebruikt, is een inventarisatie gemaakt van Nederlandse strafzaken waarin neurobiologische of gedragsgenetische informatie aan de orde komt. In dit artikel worden in vogelvlucht enkele eerste resultaten gepresenteerd.

Medicijngebruik, agressie en strafrechtelijke verantwoordelijkheid
David Roef en Robert-Jan Verkes

Wetenschappers voeren al meer dan twintig jaar een heftig debat over de relatie tussen agressie en bepaalde geneesmiddelen. Maar wat weten we nu eigenlijk over de agressieve bijwerkingen van bepaalde medicijnen? En wat zijn in Nederland de strafrechtelijke consequenties van een mogelijk verband tussen medicatiegebruik en geweldsdelicten?

Enkele juridische aandachtspunten bij Diepe Hersenstimulatie
Damiaan Denys en Paul van de Beek

Hedendaagse geneeskundige behandelingen in de neurologie en psychiatrie zoals Diepe Hersenstimulatie (DHS) hebben een directe invloed op de hersenactiviteit en kunnen daardoor het menselijk gedrag ingrijpend beïnvloeden. Door deze techniek kunnen patiënten impulsiever worden, gaan gokken, andere partners zoeken, of geld uitgeven, enz. Hoewel er enkele casus in de medische en ethische literatuur zijn beschreven, is er tot op heden geen jurisprudentie of wetgeving rond DHS en aansprakelijkheid. In dit artikel wordt ingegaan op juridische aandachtspunten en zorgvuldigheidsvereisten die bij de geneeskundige behandelingsovereenkomst bij DHS spelen.

Makkelijk gedacht
Dave van Toor, Jonathan Soeharno en Jan Smits

Over (neuro)psychologie van oordeelsvorming door de rechter

De neuropsychologie kan alle personen die beslissingen moeten nemen, en dus ook juristen, inzichten bieden in oordeel- en beslismechanismen. In het Nederlandse onderzoek naar rechterlijke oordeelsvorming is de neuropsychologische invalshoek onderbelicht waardoor een essentiële dynamiek van de besluitvorming niet wordt onderzocht.

18 december 2013
Tijdschrift NJB 21 (2013)
Roeien tegen de stroom in?
Lidy F. Wiggers-Rust
Over de verhouding tussen privaatrecht en bestuursrecht
De onderlinge vervlechting van privaatrecht en bestuursrecht neemt, mede onder invloed van EU-recht en het EVRM en als gevolg van privatisering van regelgeving, toe. De scheidslijn laat zich steeds moeilijker trekken. Aanscherping van grenzen wordt mogelijk een ‘roeien tegen de stroom in’. Is ook voor ons niet de tijd gekomen om ‘de kloof tussen beide rechtstakken’ te dempen? Een oproep tot debat.
Een juridische standaard voor ontoerekeningsvatbaarheid?
Gerben Meynen
In veel rechtssystemen wordt een juridische standaard gehanteerd voor ontoerekeningsvatbaarheid. Een dergelijke standaard die in Nederland ontbreekt specificeert in welke gevallen een psychische stoornis tot ontoerekeningsvatbaarheid leidt. Hij functioneert als intermediair tussen gedragsdeskundige feiten enerzijds en de juridische norm anderzijds. In deze bijdrage wordt de introductie van een dergelijke juridische standaard in het Nederlandse strafrecht bepleit. De argumenten voor het introduceren van zo’n standaard houden onder meer verband met de grenzen van de gedragsdeskundige expertise, met transparantie en rechtsgelijkheid.
Een renaissance van vormverzuimen in het strafrecht?
Tom Schalken
De uitdaging van HR 19 februari 2013, LJN BY5321
De Hoge Raad geeft in een arrest van 19 februari 2013 handen en voeten aan argumenten die de rechter bij de toepassing van bewijsuitsluiting in de praktijk ongetwijfeld al in zijn belangenafweging zal meewegen. Echter, nu de rechter zijn beslissing, anders dan voorheen, extra en expliciet zal moeten motiveren, rijst de vraag of de Hoge Raad vanwege het gekozen format van zijn arrest het beslissingenschema van de strafrechter niet onnodig bemoeilijkt.
24 mei 2013