Nederlands Juristenblad 24
14 juni 2017
2017/6
Weerbare democratie en het probleem van timing
De zaak tegen de NPD
Op 17 januari 2017 besloot het Bundesverfassungsgericht (BVerfG) dat de Nationaldemokratische Partei Deutschlands (NPD) niet verboden wordt. Het hof oordeelde dat de NPD weliswaar is gericht op omverwerping van de liberaal-democratische basisorde, doordat ze streeft naar een ‘op een etnische ‘volksgemeenschap’ georiënteerde autoritaire ‘nationaalstaat’, een staatsmodel dat de, voor allen gelijke, menselijke waardigheid aantast en het democratiebeginsel veronachtzaamt, maar de partij werd toch niet verboden omdat het onwaarschijnlijk is dat ze haar doelen ooit zal bereiken. De uitspraak betekent een stevige ‘update’ van het ‘jaren vijftig-kader’ omtrent partijverboden. De uitspraak roept een vraag op die nauw gerelateerd is aan, maar toch dient te worden onderscheiden van, de rechtvaardiging van partijverboden: wanneer is het ‘juiste’ moment om in te grijpen en wat zegt het het EHRM daarover? Ook voor Nederland relevante vragen.


Lees het hele artikel in Navigator.

Constitutionele worstelpartij tussen wetgever en vrijheid van meningsuiting
Zijn de wettelijke grenzen van de vrijheid meningsuiting sinds 2001 op constitutioneel toelaatbare wijze verschoven dan wel is er een vooruitzicht dat dat (nader) zal gebeuren? Om die vraag te beantwoorden wordt in deze bijdrage ingegaan op de sinds 2001 aangenomen, verworpen of bij de Staten-Generaal aanhangige wetsvoorstellen die de vrijheid van meningsuiting inperken dan wel uitbreiden. Al met al is er een hoop politieke drukte geweest over de wettelijke grenzen van de vrijheid van meningsuiting met een beperkte en constitutioneel kwetsbare opbrengst.


Lees het hele artikel in Navigator.

De bescherming van bijzondere persoonsgegevens in de Uitvoeringswet AVG
De verwerking van bijzondere persoonsgegevens maakt burgers bijzonder kwetsbaar voor bijvoorbeeld discriminatie of uitsluiting en is daarom door de Algemene Verordening Gegevensbescherming die volgend jaar in werking treedt, met extra waarborgen omgeven. In de consultatieversie van de beoogde Uitvoeringswet permitteert de Nederlandse wetgever zich veel te veel vrijheden in haar drang ‘beleidsneutraal’ te blijven en het bestaande systeem van verwerking van bijzondere persoonsgegevens uit de Wbp intact te laten. Bovendien wordt veel te veel beleidsvrijheid gelaten aan verantwoordelijken.


Lees het hele artikel in Navigator.

Eerder verschenen
NJB 23 (2017)
7 juni 2017
NJB 22 (2017)
31 mei 2017
NJB 21 (2017)
24 mei 2017
NJB 20 (2017)
17 mei 2017
NJB 19 (2017)
10 mei 2017