Nederlands Juristenblad 44
11 december 2013
2013/12
Waar staat water na 2013?

Zwanenzang van een roemrijke waterstaatscommissie

Goed waterbeheer is noodzakelijk om in een delta als Nederland te kunnen leven en verdient naar het oordeel van de Commissie van Advies inzake de Waterstaatswetgeving (CAW) permanente en bijzondere zorg. De Commissie wordt per 1 januari 2014 opgeheven. Zij doet een laatste oproep de internationaal en nationaal geprezen Nederlandse waterstaatzorg te koesteren. De Commissie vraagt aandacht voor twee belangrijke ontwikkelingen die van grote invloed zijn op het Nederlandse waterbeheer. Dit zijn de integratie van het waterrecht in het omgevingsrecht en de mogelijke opheffing van de waterschappen als zelfstandig functioneel bestuur.

Toegang tot het recht: grondrecht of kostenpost?

De huurder van een woonhuis in Delft loopt een betalingsachterstand op van een maand of twee, bij woningcoöperatie Woonbron ‘partner in prettig wonen'. Hij maakt afspraken met de deurwaarder over afbetaling van de achterstand, maar realiseert zich niet dat de zitting bij de kantonrechter en allerlei bijkomende kosten gewoon doorgaan. Een jaar en een verstekvonnis later loopt hij, ondanks regelmatige betalingen, nog steeds achter. Bij een tweede verstekvonnis worden de ontbinding van de huurovereenkomst en de ontruiming van zijn huis uitgesproken. De man zwerft langs vrienden en slaapplaatsen, zijn huisraad is hij kwijt. Een ingeroepen advocaat gaat in verzet, het verstekvonnis wordt door een verse kantonrechter vernietigd en het hoger beroep dat Woonbron daartegen instelt bij het Hof in Den Haag wordt augustus jl. verworpen. De woningcoöperatie wordt bijgestaan door een advocaat van het Zoetermeerse kantoor Bos Van der Burg tarief gewoonlijk 220 per uur. Advocaat Soekarman van de huurder wordt betaald uit een toevoeging. Uitgaande van ‘huurrecht algemeen‘ een forfaitair bedrag van ruim 940, ongeacht het aantal uren. Nog wel.

Noodzaak + eerlijk proces = verdedigingsbelang

Toepassing van criteria voor het beoordelen van getuigenverzoeken in strafzaken is geen hogere wiskunde

In strafzaken speelt een belangrijke rol welke maatstaf wordt gehanteerd bij de beoordeling van getuigenverzoeken. Zoals recentelijk nog door de Hoge Raad is onderstreept, is toetsing aan het zogeheten verdedigingsbelang aan strikte, bijna formalistische voorwaarden gebonden. Wordt aan die voorwaarden niet voldaan, dan geldt het noodzaakcriterium. Omdat echter volgens de wetgever het horen van getuigen noodzakelijk is als de waarborgen van art. 6 EVRM dat eisen, versmelten bij deugdelijk onderbouwde verzoeken noodzaak en verdedigingsbelang. Dat maakt een beschouwing van de rechtspraak van het EHRM inzake het recht op ondervraging van getuigen à décharge inzichtelijk.

Gouverneur Sint Maarten mist bevoegdheden om aanwijzing uit te voeren

Premier Wescott-Williams van Sint Maarten heeft boos gereageerd op de aanwijzing die de rijksministerraad op voorstel van minister Plasterk van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op 30 september jl. heeft gegeven aan de Gouverneur van dit land. Wescott-Williams noemt de aanwijzing aan de Gouverneur een ‘constitutionele blunder’ en verwijt Den Haag ‘neokolonialistisch gedrag’. Ze vindt dat de aanwijzing inbreuk maakt op de interne aangelegenheden van haar land, de positie van de Gouverneur schaadt en een gevaarlijk precedent schept. Men kan zich afvragen of het voor de verhoudingen binnen het Koninkrijk wel verstandig is dat de premier zo hoog van de toren blaast. Echter, ten aanzien van de positie van de Gouverneur en de inhoud van de aanwijzing heeft ze wel een punt.

Niet-strafbare uitingen behoren niet strijdig te zijn met de openbare orde

Reactie

Eerder verschenen
NJB 43 (2013)
4 december 2013
NJB 42 (2013)
27 november 2013
NJB 41 (2013)
22 november 2013
NJB 40 (2013)
15 november 2013
NJB 39 (2013)
8 november 2013