Artikelen van Rosanne van Alebeek

Tijdschrift
NJB 22 (2025)
Genocide in Gaza?
Het NRC-interview van 7 mei 2025 waarin NIOD-directeur Eickhoff sprak over genocidaal geweld in Gaza heeft een belangrijke impuls gegeven aan het Nederlandse publieke en politieke debat over de kwalificatievraag. In een rondetafelgesprek in de Tweede Kamer enkele weken later stelde Marieke de Hoon, hoofddocent internationaal strafrecht, dat Israël zich ‘hoogstwaarschijnlijk schuldig heeft gemaakt en maakt aan genocide’, terwijl advocaat Knoops waarschuwde tegen lichtvaardig gebruik van de term. Wie bepaalt en hoe moet worden bepaald of er genocide plaatsvindt in Gaza en wat zijn de verplichtingen van de Nederlandse regering in dezen? Dat zijn de leidende vragen voor deze bijdrage.
Het Nederlands Israël-beleid
De Nederlandse regering worstelt zichtbaar met de verplichtingen die internationaal recht oplegt ten aanzien van het beleid jegens Israël. Zowel de ernstige schendingen van het oorlogsrecht en de (dreigende) genocide in Gaza, als de illegale bezetting van belangrijke delen van Palestina brengen verplichtingen voor Nederland met zich mee. Staten moeten namelijk handelen wanneer andere staten kernregels van internationaal recht (dreigen te) schenden. Daarbij geldt dat van staten die nauwe politieke en economische relaties onderhouden met een staat die zich niet aan de regels houdt, verwacht wordt dat ze die invloed aanwenden om schendingen te voorkomen en te beëindigen en daarbij middelen inzetten die in verhouding staan tot de ernst van de (dreigende) schendingen. Daarnaast betekent het verbod om bij te dragen aan die schendingen dat staten hun steun aan en samenwerking met de schendende staat mogelijk moeten stilleggen. Alhoewel de laatste maanden een voorzichtige kentering in het beleid zichtbaar is, is de trage, voorzichtige en minimale inzet van Nederland niet voldoende om aan de ondergrens die internationaal recht stelt, te voldoen.
Oorlog in Gaza
Sinds de aanval van Hamas op Israël in oktober 2023, voert Israël oorlog in de Gazastrook. Tienduizenden Palestijnen hebben het leven gelaten. Het Internationaal Gerechtshof acht het plausibel dat Israël het recht van de Palestijnen in de Gazastrook om beschermd te worden tegen genocide schendt. Human Rights Watch stelt dat Israël in de Gazastrook een genocide aan het verrichten is. De omstandigheden waarin Palestijnen in Gaza dienen te leven zijn mensonterend. Deze bijdrage bespreekt welke stappen de EU en haar lidstaten kunnen zetten om het menselijk lijden in Gaza en, bij uitbreiding, de overige Palestijnse gebieden, te stoppen. Het is niet alleen moreel maar ook juridisch belangrijk om deze vraag te beantwoorden, aangezien het Internationaal Gerechtshof in recente beslissingen heeft gewezen op de verplichtingen van derde landen om schendingen van normen van ius cogens te voorkomen en te beëindigen.
De grondwettelijke plicht om de internationale rechtsorde te bevorderen
Er ontstaat een toenemende consensus bij de deskundigen dat de wijze waarop de burgerbevolking doelwit van de Israëlische aanvallen vormt, kwalificeert als volkerenmoord in volkenrechtelijke zin, nu de opzet tot uitroeiing steeds meer in het spel komt. De Grondwet verplicht de regering in artikel 90 de ontwikkeling van de internationale rechtsorde te bevorderen. In dit artikel wordt nagegaan na wat deze verplichting in deze context behelst.
Het is me wat, met die internationale rechtsorde
Actuele militaire, politieke en economische conflicten leiden regelmatig tot de stelling dat de mondiale rechtsorde op instorten staat. Maar wat is het internationale recht dat die orde inhoud geeft en hoe geordend is die orde eigenlijk? In dit essay ligt het accent op de kracht en zwaktes maar ook op het herstel- en aanpassingsvermogen van het internationale recht. Centraal staan de rechten van de mens, handel en veiligheid, waarbij de voorbeelden ter illustratie, gezien dit themanummer van het NJB, zoveel mogelijk zijn ontleend aan het Israëlisch- Palestijnse conflict. Verwijzingen ontbreken, maar alles is te traceren.
Blog
Het Nederlands Israël-beleid
Alhoewel de laatste maanden een voorzichtige kentering in het beleid zichtbaar is, is de trage, voorzichtige en minimale inzet van Nederland niet voldoende om aan de ondergrens die internationaal recht stelt, te voldoen.


Tijdschrift
NJB 20 (2025)
Kroniek van het vermogensrecht
Een kroniekperiode die zich kenmerkt door twee uitspraken van de Hoge Raad waarin kwesties met een potentieel zeer grote financiële impact tot overzichtelijke proporties zijn teruggebracht, drukte in contractenland, aansprakelijkheidsrecht dat daarentegen rustig voortkabbelt en ook in het goederenrecht was het relatief kalm. De bijdragen in de rechtsliteratuur laten een grote diversiteit aan thema’s zien. Achtereenvolgens worden het contractenrecht, het aansprakelijkheidsrecht en het goederenrecht doorgenomen.
Kroniek van het straf(proces)recht
Habemus kroniek. Veel zwarte en hier en daar witte rook met betrekking tot de strafrechtspleging. Na een korte tussenstand van het wetgevingsproject Modernisering Wetboek van Strafvordering (1 april 2029 komt eraan, hoor!), worden de belangrijkste ontwikkelingen in het formele, materiële en sanctierecht besproken. Zeker ten aanzien van het sanctierecht is er zwarte rook, als gevolg van de nijpende capaciteitsproblemen binnen de strafrechtsketen.
Kroniek van het ondernemingsrecht
Ondernemingen worden ook gezien als instrumenten om politieke en maatschappelijke doelstellingen te bereiken. De ontwikkeling van het ondernemingsrecht wordt dan ook mede bepaald door ontwikkelingen op die vlakken. Eerder stond de politieke en maatschappelijke discussie in Europa sterk in het teken van het bevorderen van duurzaamheid, maar in de afgelopen periode zijn geopolitieke en daarmee samenhangende economische zorgen de boventoon gaan voeren. Hierdoor komt de nadruk meer te liggen op de economische functie van Europese ondernemingen en ontstaat een accentverschuiving in termen van (de)regulering. De opvatting dat regels moeten worden beperkt en versimpeld wint terrein. Opvallend zijn de aanpassingen in de EU-duurzaamheidsregelgeving, de regelgeving die de toegang tot de effectenbeurzen bepaalt en de voornemens om tot een ondernemingsrechtelijk regime te komen dat nationale wetgeving overstijgt. Hoewel vooral dat laatste een ingewikkelde kwestie is, geeft het voorgaande aan waar naar verwachting in de komende jaren de accenten in Europa zullen worden gelegd.
Kroniek van het internationaal publiekrecht
Het zijn drukke tijden voor chroniqueurs van het internationaal recht. De steeds stelselmatigere schendingen van de regels, en zelfs grondslagen, van internationaal recht zetten de internationale rechtsorde onder druk. Het aantreden van de regering Trump heeft dit proces versneld. Tegelijkertijd hebben diezelfde schendingen ook een impuls gegeven aan de instituties en instrumenten waarmee staten en andere actoren kunnen reageren op schendingen van het recht en verantwoordelijke staten en individuen ter verantwoording kunnen roepen. In deze kroniek bespreken we de meest in het oog springende ontwikkelingen van het afgelopen jaar, met een focus op wat wij beschouwen als wellicht de drie grootste uitdagingen van dit moment: de conflicten in Gaza en Oekraïne, en de klimaatcrisis. Ook gaan we in op de gevolgen van de opstelling van de Verenigde Staten na het aantreden van President Trump voor deze drie onderwerpen – en voor de internationale rechtsorde als geheel. Bezorgdheid om de geloofwaardigheid en effectiviteit van het internationaal recht loopt als een rode draad door de beschouwingen. Niet alleen het onverholen gebrek aan respect voor het recht voedt deze zorg; ook de selectieve toepassing van de verschillende instrumenten in de internationaalrechtelijke gereedschapskist draagt daar aan bij.
En verder de kronieken van het algemeen bestuursrecht, de intellectuele eigendom, het internationaal privaatrecht, het mededingingsrecht en EU Techregulering
Ook in de afgelopen tijd was er weer veel aandacht voor maatwerk en responsief bestuursrecht in het politieke debat en de literatuur. Gelukkig wordt er steeds vaker (ook) nadruk gelegd op de daarvoor noodzakelijke verandering in het overheidsgedrag, de financiering en op een realistische inschatting van het doenvermogen van de overheid en de rechterlijke macht. Verder vraagt het (wan)gedrag van procederende partijen aandacht. En ook los daarvan zijn er weer de nodige interessante ontwikkelingen te melden op het terrein van het algemene bestuursrecht.
[Lees de kroniek van het algemeen bestuursrecht in InView]
Een eetkamerstoel verandert het auteursrecht. Een Belgisch orkest beïnvloedt het werkgevers-IE-recht. Het Eengemaakt Octrooi Gerecht is goed bezig. Er is nieuw EU-modellenrecht. En in het merkenrecht gebeurt niet veel.[Lees de kroniek van de intellectuele eigendom in InView]
Net als vorig jaar wordt deze kroniekperiode getekend door de rechtspraak van onze hoogste rechters. Het HvJ EU hakte veel knopen door over internationale bevoegdheid. Daarnaast worden uitspraken over voorrangsregels besproken, evenals de weigeringsgronden voor erkenning en tenuitvoerlegging en grensoverschrijdende betekening. De kroniek sluit af met een bespreking van de anti-SLAPP-richtlijn en enkele ontwikkelingen op het gebied van staatsimmuniteiten.[Lees de kroniek van het internationaal privaatrecht in InView]
Veel zaken die in het afgelopen decennium inzake het verbod op misbruik van marktmacht zijn gevoerd hebben inmiddels het Hof van Justitie EU bereikt. De uitspraken van het Hof zijn daarmee steeds meer richtinggevend. Zo sloeg het Hof nieuwe piketpaaltjes in de ontwikkeling van het Europese mededingingsrecht inzake zogenaamde ‘pay-for-delay’-afspraken, gaf het een arrest met verstrekkende implicaties voor de regulering van transfersystemen in de sport, dat ook buiten die belangrijke aanknopingspunten biedt voor de verhouding tussen private regulering en de mededingingsregels en liggen farmaceutische schikkingen met generieke producenten bij het Hof onder een vergrootglas. Follow-on zaken, met name kartelschade procedures nadat een mededingingsautoriteit een inbreuk heeft vastgesteld, namen ook een centrale plaats in. In de beschikkingspraktijk blijft de tech-sector een prominente rol innemen. De Europese Unie heeft de afgelopen jaren hard gewerkt aan het opzetten en uitbouwen van de Europese technologierechtsorde. Er zijn diverse sleutelwetten aangenomen, de uitvoering en handhaving van bestaande regulatoire kaders zijn aangescherpt, en er is een grote hoeveelheid secundaire regelgeving afgescheiden. Daarnaast is een breed palet aan nieuwe wetgevingsinitiatieven en herzieningstrajecten in gang gezet om mee te kunnen bewegen met maatschappelijke en technologische veranderingen. Maar inmiddels groeit in Brussel en bij de lidstaten het besef dat het digitale wetboek van de EU mogelijk te complex en ingrijpend is geworden – zo niet voor de grote mondiale techbedrijven, dan in elk geval voor de opkomende Europese kleinere spelers op deze markt die grotendeels dezelfde regels moeten naleven. Door de bomen het bos nog zien wordt voor de geïnteresseerde maar niet gespecialiseerde lezer steeds moeilijker. Deze kroniek voert u door het woud aan regels en de reacties daarop.