Een reflectiecommissie familie- en jeugdrechters heeft op 2 februari 2023 een onderzoek gepubliceerd naar de rechtsbescherming van ouders en kinderen. Ouders voelen zich onvoldoende gehoord in familie- en jeugdrechtszaken, ook door de problemen in de jeugdzorg. Om kinderen en ouders voldoende rechtsbescherming te bieden, moeten jeugdrechters zich actiever en nieuwsgieriger opstellen. Daarin valt nog het nodige te verbeteren.
Ouders ervaren hun positie op de zitting als ongelijkwaardig ten opzichte van de overheid, in dit geval de Raad voor de Kinderbescherming en de jeugdhulpinstelling. Zij voelen zich onvoldoende gehoord, vinden dat rechters teveel afgaan op wat de instanties presenteren en te weinig aan waarheidsvinding doen. Dit heeft zijn weerslag op het begrijpen en accepteren van de beslissing van jeugdrechters. Belangrijke knelpunten daarbij zijn het tekort aan rechters en tijd. Dat is zeker ook in jeugdzaken een probleem omdat snelheid van groot belang is als het om de veiligheid en ontwikkeling van kinderen gaat. En ook buiten de Rechtspraak speelt capaciteits- en tijdgebrek bij de bescherming van kwetsbare gezinnen een rol.
Personeelstekort en wachtlijsten
Instellingen voor jeugdbescherming en jeugdhulp kampen al jaren met personeelstekorten en wachtlijsten. Hierdoor komt de uitvoering van rechterlijke beslissingen in het gedrang. De reflectie maakt duidelijk dat ook andere mogelijkheden om rechtsbescherming te bieden beperkt zijn. De jeugdrechter heeft bijvoorbeeld nauwelijks mogelijkheden om extra onderzoek te laten doen. Daarnaast zijn de wachtlijsten voor deze onderzoeken zodanig lang dat het belang van het kind zich daar vaak tegen verzet. Ouders kunnen zelf vragen om een contra-expertise als er bijvoorbeeld een rapport van de Raad voor de Kinderbescherming ligt, maar zo’n verzoek wijst de jeugdrechter om dezelfde reden meestal af.
Actievere rol jeugdrechter
Omdat hulpverlening vaak lang op zich laat wachten, nemen jeugdrechters meer regie ten aanzien van de uitvoering van maatregelen. Bijvoorbeeld door uithuisplaatsing niet voor een jaar toe te wijzen maar voor een kortere periode of door in de beschikking aan te geven wat er in de tussenliggende tijd moet gebeuren. Jeugdrechters zouden meer met elkaar in gesprek moeten gaan over hun rol en taak in jeugdbeschermingszaken, luidt een van de aanbevelingen van de commissie. Zij worden ook opgeroepen om in iedere zaak de relevante feiten actiever te onderzoeken. Om ervoor te zorgen dat (pleeg)ouders zich gehoord voelen, is het van belang dat de jeugdrechter hen op de zitting de ruimte geeft om hun verhaal te vertellen en hun standpunt verwerkt in de motivering van de beslissing.
Bron: www.rechtspraak.nl