In WAMCA-procedures betreffende AVG-schendingen kan ook immateriële schadevergoeding worden toegekend. Deze schadevergoedingen zijn voldoende vergelijkbaar en kunnen worden opgeteld. Dit volgt uit de uitspraak van het gerechtshof Amsterdam van 7 oktober 2025 in collectieve acties van drie stichtingen op grond van de Wet Afwikkeling Massaschade in een Collectieve Actie (WAMCA) tegen TikTok. De stichtingen hebben vorderingen ingesteld onder meer op grond van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG).
Het hof oordeelt dat de Nederlandse rechter rechtsmacht heeft. De beoordeling van de rechtsmacht met betrekking tot de AVG-vorderingen wordt aangehouden in afwachting van de op 23 juli 2025 aan het HvJ EU gestelde prejudiciële vragen in de Amazon-zaak (ECLI:NL:RBROT:2025:9088). Het hof heeft daarnaast beslist dat de vorderingen die niet op de AVG gebaseerd zijn, volledig ontvankelijk zijn. Immateriële schadevergoedingen vallen hier dus ook onder omdat het om hetzelfde feitencomplex en normschendingen gaat en ze kunnen worden gebundeld. Ten slotte heeft het hof de bepaling van de nauw omschreven groep en de inhoud van de vorderingen waarover de rechter moet beslissen, aangepast. Deze is nu niet meer in de tijd beperkt. Ook TikTok-gebruikers die zich later hebben aangesloten of dat nog gaan doen, vallen onder deze groep.
Bron: www.rechtspraak.nl