Nederlands Juristenblad 4
26 januari 2022
2022/1
Tijdige rechtspraak 2020-2023: gaat het er toch van komen?
Over achterstanden en nieuwe doorlooptijdnormen in civiele zaken
Doorlooptijden van civiele procedures vormen een zwakke plek in onze rechtspleging. Terecht heeft de Rechtspraak dit onderwerp hoog op de agenda geplaatst. Er zijn ambitieuze plannen, met scherpere normen. Maar zijn ze goed doordacht en hebben ze kans van slagen? De auteurs zien geen grond voor een positief antwoord op deze vragen.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Circulair bouwen
Hergebruik van bouwmaterialen en installaties bevorderen met een terugnamegarantie
Dit artikel komt voort uit het initiatief ‘Jurist doet WAT’ dat het Nederlands Genootschap van Bedrijfsjuristen en het Onderzoekcentrum Onderneming & Recht van de Radboud Universiteit Nijmegen in 2020 zijn gestart. De gedachte achter dit initiatief is dat iedere jurist(e) vanuit zijn of haar eigen (juridische) expertise iets kan bijdragen aan de verduurzaming van de economie en de maatschappij. In dat kader roepen het NGB en het OO&R alle juristen in Nederland op mee te doen en samen bij te dragen. Als onderdeel van ‘Jurist doet WAT’ zijn zes zogeheten ‘Klimaattafels’ (werkgroepen van juristen) aan de slag gegaan om met concrete (juridische) voorstellen te komen die kunnen bijdragen aan verduurzaming. De auteurs van dit artikel maken deel uit van de Klimaattafel Gebouwde Omgeving en in dat kader is dit artikel geschreven. Het bevat een concrete suggestie hoe partijen de circulariteit in de gebouwde omgeving kunnen bevorderen door het overeenkomen van een terugnamegarantie.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Spoedprocedures over coronamaatregelen in België en Nederland
Een korte vergelijking
In Nederland en België wordt over vergelijkbare coronamaatregelen geprocedeerd. In dit artikel wordt een aantal recente rechterlijke uitspraken uit beide landen naast elkaar gelegd. De positie van de Belgische Raad van State bij de beoordeling van de overheidsmaatregelen lijkt (iets) steviger dan de rol die de Nederlandse rechter zich bij zo’n beoordeling aanmeet. De Nederlandse onmiskenbaarheidstoets versus het Belgische ernstig middelcriterium in kort geding zijn met elkaar vergelijkbaar, met dien verstande dat de Belgische Raad van State wel tot een zelfstandige én uitgebreidere evenredigheidstoets komt en de Nederlandse rechter een meer beperkte proportionaliteitstoets toepast. Het ruimere toetsingskader van de Belgische Raad van State kan een inspiratiebron vormen voor de Nederlandse rechters.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Vrij en blij?
In de bijdrage onder de titel Vrijheid Blijheid. Of: Nederland vogelvrij? wordt op een nogal suggestieve, in elk geval weinig genuanceerde, wijze een beeld geschetst dat het sinds februari 2021 kommer en kwel is met de voorlopige hechtenis in ondermijningszaken. In die zaken wordt volgens de auteurs te vaak de voorlopige hechtenis geschorst. De rechter laat zich daarbij kennelijk leiden door de rechtspraak van het EHRM en door het gebrek aan perspectief op een inhoudelijke behandeling van de zaak. Al met al een zorgelijke ontwikkeling volgens de auteurs. Zij maken er en passant ook melding van dat het doorgaans gaat om niet-gepubliceerde uitspraken en vragen meer aandacht voor het debat over de voorlopige hechtenis en voor meer middelen.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Naschrift
We danken prof. Mols voor de moeite die hij heeft genomen om te reageren. We scharen ons achter zijn oproep om meer beslissingen omtrent de voorlopige hechtenis te publiceren, zodat het debat beter gevoerd kan worden. Dat debat mag ook gaan over de vraag wat het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) precies leert.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Eerder verschenen
NJB 3 (2022)
20 januari 2022
NJB 2 (2022)
12 januari 2022
NJB 1 (2022)
5 januari 2022
NJB 44 (2021)
15 december 2021
NJB 43 (2021)
8 december 2021