Wetsvoorstel (16-09-2025) tot wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Overige fiscale maatregelen 2026)

—Dit wetsvoorstel is onderdeel van het Belastingplan 2026 en bevat onder meer de volgende maatregelen:

  • De verlaagde bijtelling voor nieuwe zuinige, zeer zuinige en nulemissieauto’s komt per 1 januari 2026 te vervallen.
  • Het overgangsrecht franchiseloze pensioenregelingen wordt met twee jaar verlengd. De verruiming voor de pensioenopbouw voor 18 tot 20-jarigen geldt uitsluitend voor bestaande pensioenregelingen waarin geen AOW-franchise wordt gehanteerd.
  • Aanpassing minimumkapitaalregel in de vennootschapsbelasting: met de aanpassing wordt de uitzondering voor intern liquiditeitsbeheer voor boekjaren die aanvangen op of na 1 januari 2026 nader ingeperkt, waardoor de rente op geldleningen die verband houden met deposito’s van natuurlijke personen alsnog onder de minimumkapitaalregel valt.
  • Tijdelijk overgangsrecht fonds voor gemene rekening: om kortstondige belastingplicht te voorkomen wordt voorgesteld een overgangsmaatregel te treffen die lichamen die tot en met 2024 als fiscaal transparant werden aangemerkt ook met ingang van 1 januari 2025 tijdelijk – dat wil zeggen tot het moment dat deze overgangsmaatregel vervalt – niet als fonds voor gemene rekening aan te merken indien dat lichaam daarvoor kiest.
  • Beëindiging van de teruggaafregeling voor vrachtauto’s in de motorrijtuigenbelasting bij inwerkingtreding van de Wet vrachtwagenheffing (gepland op 1 juli 2026).
  • Herstel tarieven Eurovignet: de tarieven in de Wet belasting zware motorrijtuigen worden hersteld door de tarieven met terugwerkende kracht tot en met 25 maart 2025 aan te passen conform de tarieven in het Eurovignetverdrag.
  • De Belastingdienst en de Douane worden uitgezonderd van de Wet modernisering elektronisch bestuurlijk verkeer.

Bedoeling is dat de wet op 1 januari 2026 in werking treedt. Soms geldt een afwijkende inwerkingtreding.

Kamerstukken