In een rechtsvergelijkend onderzoek van de Erasmus School of Law in opdracht van het WODC is gekeken hoe Duitsland, Frankrijk, Zwitserland, Engeland en Wales omgaan met het verschoningsrecht en de afscherming van gegevens in vergelijking met Nederland. Uit het op 8 december 2025 gepubliceerd onderzoek blijkt dat in alle landen het verschoningsrecht in de praktijk wel eens botst met de opsporing, vervolging en berechting van misdrijven, maar dat er ook essentiële verschillen zijn. In onder meer Engeland bepaalt bijvoorbeeld de cliënt en niet de advocaat of notaris of een beroep wordt gedaan op het verschoningsrecht. Ook zijn taken anders verdeeld.

De belangrijkste uitkomsten uit het onderzoek zijn:

Essentieel fundament
Net als in Nederland vormt het verschoningsrecht in alle onderzochte rechtssystemen een essentieel fundament van de rechtsstaat en is stevig verankerd in wet- en regelgeving, ondersteund door het internationaal en Europees recht. Het garandeert dat burgers en bedrijven zich in vertrouwen tot hun advocaat of notaris kunnen wenden, zonder angst dat hun communicatie met deze beroepsgeheimhouders openbaar wordt of in de handen van de overheid terechtkomt. Deze vertrouwelijkheid bevordert de toegang tot het recht en daarmee het functioneren van het rechtssysteem als geheel.

Fundamentele spanning
Alle onderzochte landen kennen eenzelfde fundamentele spanning tussen het beschermen van vertrouwelijke communicatie enerzijds en het belang van strafvorderlijke waarheidsvinding anderzijds. Geen enkel systeem heeft daarvoor een sluitende oplossing. Het omgaan met grote hoeveelheden, bij de vergaring nog niet gefilterde digitale gegevens, blijkt overal een lastig juridisch vraagstuk en een groot praktisch probleem, dat leidt tot kostbare en tijdrovende filterprocedures.

Inroepen verschoningsrecht
In de meeste onderzochte rechtsstelsels bepaalt de cliënt (en dus niet zoals in Nederland de advocaat of notaris), of het verschoningsrecht wordt ingeroepen. Daarmee ligt de nadruk sterker op de persoonlijke bescherming van de betrokkene en minder op het algemene maatschappelijke belang van beroepsuitoefening.

Reikwijdte verschoningsrecht
Een ander verschil is de reikwijdte van het verschoningsrecht: metadata en communicatie via derden vallen in de andere landen niet of minder snel onder de bescherming van dit privilege dan in Nederland. Voor notarissen gelden grote verschillen, Frankrijk kent voor deze beroepsgroep geen verschoningsrecht en in Engeland zijn notariële werkzaamheden allen geprivilegieerd als deze door een lawyer worden uitgevoerd.

Ruime uitleg
Verder valt Nederland op door een relatief ruime uitleg van het verschoningsrecht, gecombineerd met zware waarborgen van een zoveel mogelijk ‘waterdicht’ systeem. Dit geeft een hoge mate van bescherming, maar leidt ook tot vertraging, rechtsonzekerheid en soms zelfs stillegging van onderzoeken. Andere landen zijn pragmatischer en accepteren dat een foutloos filteringsproces niet haalbaar is, zolang het systeem transparant is en uiteindelijk gegarandeerd wordt dat geprivilegieerd materiaal niet tegen de verdachte wordt gebruikt.

Verschoningsrecht niet absoluut
Het Nederlandse verschoningsrecht is niet absoluut en kan doorbroken worden op grond van “zeer uitzonderlijke omstandigheden”. Maar deze open formulering zorgt voor onzekerheid, terwijl in andere stelsels meer algemene beperkingen zijn verbonden aan concretere criteria tot beperking van de reikwijdte van het verschoningsrecht als zodanig. In het geval de geheimhouder zelf verdachte is, geldt in de andere landen dat het verschoningsrecht niet van toepassing is, terwijl in Nederland alleen via de genoemde grondslag in een concrete strafzaak eventueel een uitzondering mag worden gemaakt.

Waarborgen verschoningsrecht
De manier waarop het verschoningrecht is gewaarborgd in strafrechtelijke onderzoeken verschilt. In Nederland speelt de rechter-commissaris een centrale rol, in Frankrijk de juge des libertés et de la détention (JLD), in Zwitserland de verzegelingsrechter, in Engeland vaak onafhankelijke advocaten en in Duitsland ligt de regie bij de officier van justitie. In alle landen geldt dat geprivilegieerd materiaal uiteindelijk niet mag worden gebruikt als bewijs.

Praktische insteek
De onderzoekers stellen vast dat in Nederland het uitgangspunt geldt dat een beroep op het verschoningrecht noodzakelijkerwijs leidt tot een beslissing van de rechter. Terwijl de andere rechtssystemen vaak starten met een meer praktische insteek waarbij wordt bezien of partijen in zaken tot (werk)afspraken over de schifting van potentiële geheimhoudersstukken kunnen komen. Dit kan volgens de onderzoekers een tussenfase genoemd kunnen worden. Bij een onoverbrugbare onenigheid wordt een rechter geraadpleegd om daarover te beslissen.

Advies onderzoekers

De onderzoekers hebben meerdere concrete punten geformuleerd die Nederland kunnen inspireren om het spanningsveld tussen verschoningsrecht en opsporing te verkleinen. Belangrijk is te accepteren dat het systeem niet 100% waterdicht zal kunnen zijn bij elk voorbereidend onderzoek. Zij adviseren verder om te werken aan een scherpere definiëring van het verschoningsrecht, met heldere criteria voor uitzonderingen. En openbaar ministerie en advocatuur zouden vooraf afspraken kunnen maken over filtering, voordat de zaak aan de rechter-commissaris wordt voorgelegd. Net als in het buitenland, kan Nederland de geheimhouder een sterkere verantwoordelijkheid geven in het beschermen van gegevens, doordat die op adequate wijze inzichtelijk maakt welk materiaal vertrouwelijk is. Hierbij is wel van belang dat advocaten hebben aangegeven dat dit in de praktijk niet altijd gemakkelijk zal zijn. Belangrijk is ook dat het filteringproces wordt hervormd, met duidelijkere rollen en processen. Verder vragen de onderzoekers aandacht voor professionalisering van opsporingsdiensten, meer capaciteit bij rechtelijke instanties en benutting van innovatieve technieken om de filtering van grote hoeveelheden data te kunnen uitvoeren. Bij dit laatste valt te denken aan de toepassing van AI, al staat dat nog in de kinderschoenen.

Internationaal vergelijkend onderzoek professioneel verschoningsrecht

Bron: www.wodc.nl

 

Laatste nieuws