Ambtenaren worden vaker publiekelijk ter verantwoording geroepen. Dat staat op gespannen voet met de bescherming die de overheid als werkgever moet bieden. Daarom moet het voor ambtenaren makkelijker worden een opdracht te weigeren. Dat staat een advies opgesteld op verzoek van de VHMF, de vakvereniging voor hoger personeel bij het ministerie van Financiƫn en de Belastingdienst waar het Financieele Dagblad (FD) op 6 februari 2024 over bericht.

Het FD schrijft dat in het advies de hoogleraren Tom Barkhuysen en Jaap van Slooten stellen dat er een spanningsveld zit tussen de grondwettelijke plicht van ministers om het parlement te informeren en hun arbeidsrechtelijke rol als werkgever van de ambtenaren op de ministeries en bij de diensten. Bewindspersonen moeten hun werknemers beschermen en een veilige werkomgeving bieden. Naarmate de bewindslieden meer toegeven aan de roep om transparantie over hun beleid, schiet de verplichting als werkgever erbij in. Ook tijdens debatten in de Tweede Kamer en in de media komen overheidsdienaren vaker onder vuur te liggen zonder dat zij zich kunnen verweren. Bijvoorbeeld als de vraag wordt gesteld of verantwoordelijke ambtenaren al zijn gestraft, terwijl gemakkelijk is na te gaan om wie het gaat. Deze herleidbaarheid wreekt ook bij het vrijgeven van persoonlijke beleidsopvattingen van ambtenaren: wegens de vrees om daarop te worden afgerekend, wordt er minder op papier gezet en meer telefonisch besproken. Het functioneren van de overheid is daar niet bij gebaat. De ministeriƫle verantwoordelijkheid moet opnieuw op de voorgrond treden zodat ambtenaren hun werk meer in de luwte kunnen doen. Ambtenaren zouden meer ruimte moeten krijgen om bij gewetensbezwaren nee te kunnen zeggen tegen bepaalde opdrachten. De Adviescommissie Grondrechten en Functie-uitoefening Ambtenaren (Agfa) zou zulke weigeringen als onafhankelijke derde kunnen toetsen. Ambtenaren van wie persoonlijke beleidsopvattingen openbaar worden gemaakt, dienen de mogelijkheid te krijgen die zelf naar buiten te brengen en te verdedigen. Hierdoor wordt de mate waarin zij verantwoording moeten afleggen in evenwicht gebracht met de mate waarin zij dat feitelijk ook kunnen doen.

Bron: www.fd.nl

Laatste nieuws