De criminele voorgeschiedenissen van Nederlanders in buitenlandse detentie verschillen onderling aanzienlijk. Dat blijkt het onderzoek van het Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving (NSCR) dat is gepubliceerd op 20 december 2022.
Samen met Bureau Buitenland van Reclassering Nederland onderzocht NSCR of er onderscheid kan worden gemaakt in criminele carrières voorafgaand aan de periode in een buitenlandse gevangenis. De groep hoogfrequente daders vormt slechts een klein percentage van het totaal, maar wordt gekenmerkt door een hoog aantal eerdere veroordelingen en een hoog aantal eerdere periodes in Nederlandse gevangenissen. De meeste Nederlanders in buitenlandse detentie vallen onder de groep laagfrequente daders. Ze zijn gemiddeld genomen een aantal keer eerder veroordeeld, maar hebben een kleiner strafblad dan de hoogfrequente daders. Daarnaast valt op dat deze groep vaak een korte(re) gevangenisstraf in het buitenland heeft, in vergelijking met de andere groepen. De groep sporadische daders is een enkele keer eerder veroordeeld en waren over het algemeen ouder – ze zijn gemiddeld 52 jaar – in vergelijking met de overige groepen. Tot slot zit de groep daders met een lange straf gemiddeld genomen ruim zeven jaar (86 maanden) in buitenlandse detentie. Bijna driekwart zit buiten Europa in een gevangenis. Deze groep vormt zo’n negen procent van het totaal aantal Nederlanders in buitenlandse detentie.
Leefsituatie voor de detentie
Het onderzoek laat zien dat Nederlanders in buitenlandse detentie onderling aanzienlijk verschillen in hun criminele voorgeschiedenis. Dit wijst mogelijk op verschillende manieren waarop Nederlanders betrokken zijn geraakt bij (georganiseerde) vormen van criminaliteit in het buitenland. Aandacht voor de leefsituatie voorafgaand aan de periode in buitenlandse detentie lijkt van belang om Nederlanders in buitenlandse detentie passende hulp en ondersteuning te bieden en herhaling van delictgedrag te verminderen.
Bron: www.nscr.nl