
‘Als ik later groot ben hoop ik ook zo dapper te zijn’, schreef een collega-wetenschapper die in een Signal-groep met academici de reactie van de President van Harvard University op de eisen van de Trump-regering deelde.
Garber concludeert dat die eisen niet tot doel hebben om gezamenlijk op te trekken tegen antisemitisme, maar leiden tot ‘direct governmental regulation of the “intellectual conditions” at Harvard’.1 Zo wordt – in ruil voor financiering – verlangd dat de viewpoints van bepaalde studenten en personeel worden ge-audit, en hun power wordt beperkt. Dit door aanpassingen in het toelatings- en personeelsbeleid, en het hervormen van departementen en curricula.2
Garber laat weten dat Harvard niet tegemoet zal komen aan de eisen, omdat die in strijd zijn met haar First Amendment-rechten en de grondwettelijke grenzen aan de macht van de regering. ‘No government – regardless of which party is in power – should dictate what private universities can teach, whom they can admit and hire, and which areas of study and inquiry they can pursue.’
Ondertussen krijgen in de polder beperkingen van de academische vrijheid indirecter vorm. Op 8 april jl. stemde de Eerste Kamer in met de heftig bediscussieerde onderwijsbegroting, die een structurele bezuiniging op onderwijs en wetenschap van een half miljard euro meebrengt. Kritiek was er onder meer op het eenzijdig opzeggen van het in 2022 gesloten bestuursakkoord over de starters- en stimuleringsbeurzen. Die waren nu juist bedoeld om ‘meer rust en ruimte te geven’ aan wetenschappers die dagelijks bezig zijn met innovatief onderwijs, management, administratie en tijdrovende onderzoeksaanvragen waarvan maar een fractie wordt gehonoreerd. ‘Tilburg’ en ‘Nijmegen’ waren de eerste universiteiten die na dit groene licht lieten weten naar de rechter te stappen.
Dit alles gebeurde tegen de achtergrond van het bij de Tweede Kamer aanhangig zijnde voorstel voor de Wet internationalisering in balans (36555), dat op universiteiten al tot grote zorgen bij internationale medewerkers en om Engelstalige opleidingen heeft geleid; tegen de achtergrond van een heftige ontslagronde bij de Universiteit Twente en het University College Roosevelt. Half april werd bovendien, onder het mom van ‘zelf maatregelen nemen om de internationalisering in het hoger onderwijs in balans te brengen’, aangekondigd dat de randstedelijke psychologieopleidingen Nederlandstalig zullen worden.3 ‘Om erger te voorkomen’ mag een zinvolle strategie lijken, ware het niet dat zij gelijkenissen vertoont met de anticipatory obedience die volgens historicus Timothy Snyder karakteristiek is voor totalitaire regimes (en waarvan op universiteiten in de VS verschillende recente voorbeelden te vinden zijn).
Het was een schrale troost dat in de Eerste Kamer op 8 april ook de motie-Roovers werd aangenomen. Deze riep de regering, en de minister van OCW in het bijzonder, op ‘pal voor de academische vrijheid te blijven staan en de nadruk te leggen op het recht van wetenschappers en onderwijsinstellingen om zonder inmenging van buitenaf hun onderwijsinhoud en richtlijnen te bepalen’.4 Ook het ‘eenvoudige’ korten op onderwijs en wetenschap – in combinatie met stemmingmakerij over bepaalde opleidingen en de ‘woke’ academie – zal immers al leiden tot minder (vrije) onderzoekstijd.
Ook de rechtswetenschap blijft niet buiten schot, al wanen wij ons met onze grote studentenaantallen en doorgaans Nederlandstalige opleidingen vaak veilig. Juist waar twijfel aan (het belang van) de wetenschap hand in hand lijkt te gaan met de wens om liefst ‘feitenvrije’ wetten te maken waar de politieke achterban op korte termijn bij gebaat is, ligt er voor de rechtswetenschap een dubbele taak: opkomen voor de wetenschap, én die benutten om deze tekortkoming aan de kaak te stellen.
En toch snap ik ook wel dat het belang van ‘vrije wetenschap’ niet altijd helder is en bezuinigingen – net zoals op andere terreinen – in de ogen van velen onschuldig lijken. De tijdens de universitaire protesten en stakingen gescandeerde leus ‘Doe het niet’ maakt evenmin duidelijk wat er precies op het spel staat.
Harvard’s President spreekt van ‘the prospect of life-changing advances – from treatments for diseases such as Alzheimer’s (…), to breakthroughs in artificial intelligence, quantum science and engineering, and numerous other areas of possibility’. Maar ook van Veritas, van waarheid, waarbij dan wel meteen het voorbehoud past dat zoeken daarnaar ‘a journey without end’ is. Inderdaad, zoals destijds demissionair minister van OCW Dijkgraaf in 2024 in een interview bij Buitenhof over academische vrijheid opmerkte: ‘De universiteit is geen consensusmachine.’ Maar ook dit benadrukt dat wat de wetenschap niet is, doet of wil (zijn).
Misschien, bedacht ik, vangen we het belang van de wetenschap, positief begrepen, voor een groot deel wel met de term ‘vrijheid’. En dan niet academische vrijheid als doel op zich, maar de vrijheid van eenieder om een autonoom, gezond en betekenisvol leven te leiden (wat zeker niet hetzelfde is als vrijheid van overheidsinmenging). Is dat niet waar veel wetenschap (idealiter) aan poogt bij te dragen? Aan de vrijheid van minderheden, kwetsbare en andere onderbelichte groepen, of het nu consumenten, zieken of toekomstige generaties zijn; aan technologie en kennis die nodig is voor duurzame vrijheid in (geopolitiek) onzekere tijden. En ook aan de (democratisch-rechtsstatelijke) systemen die de vrijheid die zit in het gezamenlijk gestalte geven aan onze toekomst waarborgen. Aan vrijheid voorbij de waan van de dag.
Wie tijdens een van de aankomende vrije dagen nog wat tijd over heeft, kan ik het essay De vrijheid om te blijven van de Duitse filosofe Eva von Redecker (Alfabet 2024) van harte aanbevelen. Het dwingt tot nadenken over wat vrijheid (en het recht dat die vrijheid beschermt) moet inhouden wanneer we verder kijken dat het hier, het nu en het ik. Als Trump het zou kennen, zou hij het zeker willen verbieden.
Dit Vooraf is gepubliceerd in NJB 2025/798, afl. 15
Afbeelding: ©istock
Voetnoten
1 harvard.edu/president/news/2025/the-promise-of-american-higher-education/
2 harvard.edu/research-funding/wp-content/uploads/sites/16/2025/04/Letter-Sent-to-Harvard-2025-04-11.pdf
3 universiteitenvannederland.nl/actueel/nieuws/universiteiten-gaan-zelf-internationalisering-verder-in-balans-brengen
4 Kamerstukken I 2024/25, 36600-VIII, P.