Wetsvoorstel (9-12-2025) Wijziging van de Wet uitvoering EU-handelingen energieefficiëntie en enkele andere wetten in verband met de implementatie van richtlijn nr. (EU) 2023/1791 van het Europees Parlement en de Raad van 13 september 2023 betreffende energie-efficiëntie en tot wijziging van Verordening (EU) 2023/955 (herschikking) (PbEU 2023 L 231)

—Dit wetsvoorstel implementeert de herziene Europese richtlijn energie-efficiëntie (EU 2023/1791). Deze richtlijn moet uiterlijk 11 oktober 2025 zijn omgezet en heeft als doel om het energiegebruik in de EU aanzienlijk te verminderen, zodat de klimaatdoelen voor 2030 en 2050 gehaald worden. Het voorstel sluit aan bij het Fit for 55-pakket en het REPowerEU-plan, die inzetten op energiebesparing, minder afhankelijkheid van fossiele brandstoffen en betaalbare energie.

De richtlijn introduceert het energie-efficiëntie-eerstbeginsel, wat betekent dat bij beleid, planning en investeringen vanaf een bepaalde omvang altijd gekeken moet worden naar energie-efficiënte oplossingen. Dit geldt niet alleen voor de energiesector, maar ook voor andere sectoren zoals bouw, transport en ICT. Overheidsinstanties krijgen een voorbeeldrol: zij moeten hun energiegebruik jaarlijks met 1,9% verminderen en 3% van hun gebouwen renoveren naar bijna-energieneutraal of emissievrij. Bij aanbestedingen moeten producten en diensten met hoge energie-efficiëntie worden gekozen, tenzij dit technisch niet haalbaar is.

Voor bedrijven komen er nieuwe verplichtingen. Bedrijven die gemiddeld meer dan 85 terajoule (TJ) energie per jaar verbruiken, moeten uiterlijk twee jaar na overschrijding van deze grens een gecertificeerd energiebeheersysteem invoeren. Dit systeem zorgt voor een structurele aanpak van energiebesparing en vereist een continue plan-do-check-act-cyclus. Het doel is dat energiebesparing onderdeel wordt van de bedrijfsvoering.

Ondernemingen met een gemiddeld jaarlijks energiegebruik van meer dan 10 TJ moeten eens per vier jaar een energie-audit uitvoeren. Deze audit brengt het energieverbruik in kaart, identificeert besparingsmogelijkheden en moet leiden tot een concreet actieplan met alle technisch en economisch haalbare maatregelen. Het actieplan moet worden opgenomen in het bestuursverslag van de onderneming en openbaar worden gemaakt. Daarnaast worden regels toegevoegd voor netbeheerders om systeemverliezen te minimaliseren en energie-efficiëntie mee te nemen in investeringsplannen. Voor warmtenetten worden uitstootnormen ingevoerd en moeten exploitanten verduurzamingsplannen opstellen als hun systemen niet voldoen aan de criteria voor efficiëntie. Het wetsvoorstel bevat ook bepalingen over rapportage, toezicht en handhaving. De Minister van Klimaat en Groene Groei en de ACM krijgen hierin een centrale rol. De regeldruk neemt iets toe, vooral voor grote energiegebruikers en overheidsinstanties, maar deze verplichtingen vloeien rechtstreeks voort uit de Europese richtlijn.

Kamerstukken