Wet van 14 juli 2025, Stb. 2025, 203

Wet tot wijziging van de Wet veiligheid en kwaliteit lichaamsmateriaal, de Wet op de orgaandonatie en enkele andere wetten in verband met ontwikkelingen in de lichaamsmateriaaldonatiepraktijk (Wet actualisering lichaamsmateriaalwetgeving)

—De wet herziet de lichaamsmateriaalwetgeving om ontwikkelingen te verwerken en de wetgeving beter op de praktijk te laten aansluiten. Sinds de inwerkingtreding van de lichaamsmateriaalwetgeving is de praktijk van lichaamsmateriaaldonatie aanzienlijk veranderd. Innovaties en groei aan toepassingsmogelijkheden van lichaamsmateriaal zorgen voor een Europa-brede toename aan commerciële activiteiten in de lichaamsmateriaalsector. Dit draagt bij aan het aanbod aan behandelingen met lichaamsmateriaal voor patiënten, maar zorgt ook voor frictie met het karakter van de lichaamsmateriaalwetgeving, van oudsher not-for-profit.

Meldpunt orgaanhandel

De wet regelt onder ander de volgende onderwerpen:

  • Het verankeren van de centrale rol van de onafhankelijke uitname-organisatie, die alle postmortaal weefsel uitneemt.
  • De introductie van een meldpunt orgaanhandel dat deel moet gaan uitmaken van een internationaal netwerk. Zorgverleners moeten een melding gaan doen van patiënten die naar het buitenland zijn gegaan in verband met een orgaantransplantatie.
  • Strafbaarstelling voor het gebruik van illegaal verkregen organen.

Winstverbod

Het oorspronkelijke wetsvoorstel hief het winstverbod op voor weefselinstellingen die lichaamsmateriaal verkrijgen dat wordt gebruikt als grondstof voor genees- of medisch hulpmiddel. Dit voorstel is per amendement teruggedraaid, onder meer omdat het volgens de indieners van het amendement belangrijk is dat donatie een altruïstische daad blijft, en dat financiële afwegingen geen rol mogen spelen bij de vraag om al dan niet te doneren. Het opheffen van het winstverbod kan dit principe uithollen, omdat er voor producenten een financiële prikkel kan zijn om lichaamsmateriaal te verkrijgen.

Inwerkingtreding

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Kamerstukken