Het gerechtshof ’s-Hertogenbosch heeft op 21 maart 2023 beslist dat de Staat de schade moet vergoeden die een journalist heeft geleden na een procedure van oud-rechter Westenberg tegen hem.

 

Westenberg spande een zaak aan tegen de journalist nadat deze een boek had uitgegeven waarin een advocaat werd geciteerd over de wijze waarop Westenberg zich had gedragen in de zogenaamde Chipsholzaak. De procedure van Westenberg tegen de journalist werd bekostigd door de Raad voor de rechtspraak, en daarmee door de Staat. De journalist vindt het onjuist dat de Staat die procedure voor Westenberg heeft betaald. Hij heeft naar aanleiding van die procedure schade geleden en hij wil daarom een schadevergoeding van de Staat.

Oordeel Hof

De reden van de Staat om de procedure van Westenberg tegen de journalist te bekostigen, was het algemeen belang van de integriteit van de rechtspraak en die van Westenberg als rechter in het bijzonder. Of het doorslaggevende integriteitsargument ook nog leidend was bij de beslissing om in hoger beroep te gaan én dat ook te bekostigen, is voor het hof echter niet duidelijk geworden. De Staat heeft niet duidelijk kunnen maken op welke gronden destijds positief is geadviseerd over het instellen van het hoger beroep door Westenberg. Zonder die informatie gaat het hof ervan uit dat de Raad voor de rechtspraak zich eenvoudigweg heeft laten overhalen om de verdere procedure te bekostigen, omdat Westenberg al in hoger beroep was gegaan en de kosten anders betaald zouden worden door de rechtbank Den Haag. Dat is een andere reden dan het aanvankelijke belang van de bescherming van de integriteit van de rechtspraak. De Staat moet de nog te bepalen schade vergoeden die het gevolg is van de procedure tegen de journalist vanaf de hoger beroepsprocedure.

ECLI:NL:GHSHE:2023:912

Bron: www.rechtspraak.nl

Laatste nieuws