Op 7 oktober 2013 heeft de Europese Raad het voorstel voor een Richtlijn van de Europese Commissie goedgekeurd die alle EU-burgers het recht geeft zich te laten bijstaan door een advocaat wanneer zij strafrechtelijk worden vervolgd. Op 10 september was het voorstel ook al aangenomen door het Europees Parlement. De nieuwe regels houden in dat verdachten - waar dan ook in de Europese Unie - het recht krijgen om vanaf het eerste politieverhoor tot het eind van hun proces een advocaat te raadplegen. Ook krijgt een verdachte bij arrestatie de mogelijkheid om contact op te nemen met zijn familie. Als de betrokkene zich niet in zijn eigen land bevindt, mag hij zich in verbinding stellen met zijn consulaat.
Nu het voorstel is goedgekeurd, wordt de richtlijn binnen enkele weken bekendgemaakt in het Publicatieblad van de EU. Vervolgens hebben de lidstaten drie jaar de tijd om haar in nationaal recht om te zetten.
De richtlijn inzake het recht op toegang tot een advocaat is het derde instrument op rij dat is vastgesteld om het recht op een eerlijk proces overal in de Europese Unie te waarborgen. In 2010 respectievelijk 2012 werden al richtlijnen vastgesteld betreffende het recht op vertolking en vertaling en het recht op informatie in strafprocedures. De Commissie heeft zich voorgenomen dit najaar nog een aantal rechten inzake een eerlijk proces vast te leggen.
Verschillen lidstaten
In de EU worden jaarlijks meer dan 8 miljoen strafprocedures gevoerd. Algemeen wordt erkend dat de rechten van de verdediging voor een eerlijk proces onontbeerlijk zijn. Maar de voorwaarden waaronder verdachten een advocaat kunnen raadplegen, verschillen per lidstaat. Zo gebeurt dat een verdachte zich niet tijdens een politieverhoor mag laten bijstaan door een advocaat. Ook komt het voor dat de vertrouwelijkheid van het contact met de advocaat niet in acht wordt genomen. Wie wordt gezocht op grond van een Europees aanhoudingsbevel, kan momenteel soms pas een advocaat inschakelen in het land waar het bevel is uitgevaardigd, wanneer hij aan dat land wordt uitgeleverd. Soortgelijke verschillen doen zich voor met betrekking tot het recht van de verdachte om een familielid, de werkgever of het consulaat in kennis te stellen van de arrestatie. Zo komt het voor dat verdachten dit recht niet mogen uitoefenen of pas wanneer het proces al in een vergevorderd stadium is. Ook gebeurt het dat hen niet wordt meegedeeld dat hun familie is geïnformeerd.
Richtlijn
De richtlijn waarborgt deze rechten op de volgende wijze:
- zij voorziet in het recht op toegang tot een advocaat gedurende het hele strafproces, vanaf het eerste politieverhoor;
- zij verleent het recht op toereikende, vertrouwelijke ontmoetingen met een advocaat, zodat de verdachte zijn rechten van de verdediging daadwerkelijk kan uitoefenen; - zij staat toe dat de advocaat een actieve rol speelt bij het verhoor;
- zij garandeert dat bij arrestatie van een verdachte bv. een familielid wordt geïnformeerd en de verdachte in de gelegenheid wordt gesteld met zijn familie te communiceren;
- zij staat toe dat verdachten in het buitenland contact met hun consulaat onderhouden en bezoek ontvangen;
- zij biedt personen tegen wie een Europees aanhoudingsbevel loopt de mogelijkheid van juridische bijstand, zowel in het land waar het bevel is uitgevaardigd als in het land waar het wordt uitgevoerd.
Bron: www.europa-nu.nl