Mensen met een migratieachtergrond staan relatief vaak terecht bij de rechter en zijn oververtegenwoordigd in Nederlandse gevangenissen. Een op 19 juni 2025 gepubliceerd onderzoek van het WODC laat zien dat etnische selectiviteit hierbij een rol speelt. Dit houdt in dat de herkomst van een verdachte van invloed is op uitkomsten in de strafrechtketen, los van het type misdrijf waar mensen van worden verdacht. Dit zorgt ervoor dat verdachten met een migratieachtergrond vaker voor de rechter worden gebracht. Ook krijgen zij vaker een detentiestraf opgelegd dan verdachten zonder migratieachtergrond die van vergelijkbare delicten worden verdacht.

Een opvallende uitkomst van het onderzoek is dat het percentage personen met een migratieachtergrond toeneemt over de strafrechtketen: het aandeel verdachten met een migratieachtergrond in jeugddetentie en gevangenissen is hoger dan bij registratie door de politie als verdachte. Dat patroon is zichtbaar voor zowel volwassenen als minderjarigen, maar springt het meest in het oog onder minderjarige verdachten. Terwijl in de politiecijfers 46% van de verdachten een migratieachtergrond had, is dat aandeel onder verdachten die jeugddetentie opgelegd kregen 67%. Bij volwassenen nam het aandeel toe van 45% (registratie door de politie) tot 55% (oplegging detentiestraf). Bij zowel minderjarige als meerderjarige verdachten is de waargenomen stijging van de oververtegenwoordiging het sterkst bij de stap van rechter naar detentie en het minst sterk bij de stap van politie naar OM. Ook zijn er verschillen zichtbaar tussen herkomstgroepen. Onder Caribisch-Nederlandse of Marokkaanse Nederlanders zijn er bijvoorbeeld sterkere aanwijzingen voor etnische selectiviteit dan onder herkomstgroepen, vooral onder volwassen verdachten.

Gedeeltelijke verklaring van verschillen

Een deel van de waargenomen verschillen is te verklaren. Zo zijn er groepsverschillen in het type delicten: mensen met een migratieachtergrond worden relatief vaker verdacht van vermogensmisdrijven die in het algemeen vaker tot vervolging leiden. Ook spelen persoonlijke omstandigheden mee. Zo leven mensen met een migratieachtergrond vaker in een kwetsbare sociaaleconomische situatie en hebben zij een lager opleidingsniveau. Er zijn aanwijzingen dat deze kenmerken gerelateerd zijn aan een hogere kans op vervolging en detentie. Echter, bij belangrijke beslissingen in de strafrechtketen, zoals of iemand wordt gedagvaard of een gevangenisstraf krijgt, blijft een deel van de toenemende oververtegenwoordiging onverklaard. Dat is een aanwijzing dat de herkomst van een verdachte van invloed is op uitkomsten in de strafrechtketen. Dat kan wijzen op bewuste of onbewuste discriminatie. Ook de keuzes die verdachten zelf maken - bijvoorbeeld of ze wel of niet bekennen - kunnen leiden tot ongelijke uitkomsten.

Invoering justitiële gelijkheidsmonitor

Onderzoekers schrijven dat de bevindingen uit het onderzoek input vormen voor een bredere maatschappelijke en wetenschappelijke discussie over hoe het strafrechtsysteem het beste ingericht kan worden in een etnische en sociaaleconomisch diverse samenleving. Ook onderstreept het onderzoek het belang van vroegtijdige en systematische monitoring. Daarom stellen de onderzoekers voor een justitiële gelijkheidsmonitor in te voeren. Daarmee kunnen de uitkomsten van verschillende afdoeningsstappen in de strafrechtketen voor groepen met verschillende persoonskenmerken periodiek inzichtelijk worden gemaakt. Ook experimenten met ‘blind afdoen’ voor bepaalde misdrijven kunnen mogelijk bijdragen aan eerlijkere procedures: in dat geval zouden bepaalde aanwijzingen over de herkomst van een verdachte, bijvoorbeeld naam en foto, onzichtbaar zijn voor beslissers bij politie en het Openbaar Ministerie.

Van verdenking tot vrijheidsstraf - Een statistisch onderzoek naar de invloed van migratieachtergrond op uitkomsten in de Nederlandse strafrechtketen

Bron: www.wodc.nl

Laatste nieuws