Het Haagse hof heeft op 23 december 2025 uitspraak gedaan in een zaak die werd aangespannen door een Nederlandse claimstichting SILC tegen vliegtuigbouwer Airbus. De stichting treedt op voor een groep beleggers die Airbusaandelen kocht in de periode van 2014 tot 2020. De beleggers eisen schadevergoeding omdat Airbus niet tijdig gemeld zou hebben dat er onderzoek naar het bedrijf werd gedaan vanwege beschuldigingen van corruptie en omkoping. Het hof concludeert onder meer dat SILC op zodanige wijze is verbonden aan commerciële organisaties dat de stichting niet voldoet aan eisen van de Claimcode.

Franse, Engelse en Amerikaanse justitiële autoriteiten deden jarenlang onderzoek naar wereldwijde corruptie en omkoping door Airbus. In 2020 trof Airbus een schikking met de autoriteiten. Airbus kreeg een boete opgelegd van 3,6 miljard euro. Stichting Investor Loss Compensation (SILC) verwijt Airbus te hebben verhuld dat er bij het bedrijf onderzoek naar corruptie en omkopingspraktijken werd gedaan in de periode 2014 tot 2020. Volgens SILC hebben beleggers daardoor hun aandelen in die periode tegen een te hoge koers gekocht. SILC wil door de rechter worden toegelaten als belangenorganisatie en voor deze beleggers een massaschadeclaim indienen.

Claimcode

De rechtbank Den Haag heeft zich op 20 september 2023 (ECLI:NL:RBDHA:2023:14036) onbevoegd verklaard kennis te nemen van de vorderingen tegen de CFO's en heeft de claimstichting voor het overige niet-ontvankelijk verklaard. Het hof komt tot hetzelfde oordeel. In massaschadezaken is het gebruikelijk dat rechters eerst toetsen of zij bevoegd zijn om de zaak te kunnen behandelen en of de belangenorganisatie die de collectieve actie wil instellen voldoet aan de strenge eisen die de Wet afwikkeling massaschade in collectieve acties (WAMCA) daaraan stelt. Het hof oordeelt dat SILC niet aan die eisen voldoet. Dat komt doordat SILC op zodanige wijze is verbonden aan commerciële organisaties dat de stichting niet voldoet aan eisen van de Claimcode, een governance code die voorschrijft hoe belangenorganisaties die een collectieve actie willen instellen hun organisatie moeten inrichten. Het hof concludeert dat daardoor onvoldoende gewaarborgd is dat SILC de belangen van de beleggers voorop kan stellen in de te voeren processtrategie en de onderhandelingen over een schikking, zoals de wet eist. Daarom heeft het hof, net als de rechtbank, de stichting niet-ontvankelijk verklaard. Dat betekent dat SILC de massaschadeclaim niet kan voortzetten.

ECLI:NL:GHDHA:2025:2738

Bron: www.rechtspraak.nl

Laatste nieuws