Artikelen van Gerhard Hoogers

Tijdschrift NJB 12 (2023)
Kleine Gids voor het wetsvoorstel Wet versterking waarborgfunctie Awb
Bert Marseille, Kars de Graaf, Rianne Herregodts, Gerhard Hoogers, Hati van Kleef-Ruigrok, Julia Laninga, Albertjan Tollenaar, Hanna Tolsma, Marc Wever en Heinrich Winter
Het in pre-consultatie gebrachte wetsvoorstel Wet versterking waarborgfunctie Awb heeft de ambitie om in procedures van besluitvorming en rechtsbescherming de burger met meer consideratie en coulance tegemoet te treden en om bij de inhoud van besluiten meer rekening te houden met diens belang. De nieuw voorgestelde bepalingen betreffen in de eerste plaats het expliciteren van bestaande in de Awb opgenomen verplichtingen en bevoegdheden van bestuursorganen en burgers. In de tweede plaats gaat het om het codificeren van jurisprudentie van de bestuursrechter. In de derde plaats gaat het om het wijzigen van in de Awb opgenomen bevoegdheden en verplichtingen. Een randvoorwaarde die in de toelichting op het wetsvoorstel wordt genoemd is wel dat de voorstellen moeten passen in een ‘realistisch bestuursbeeld’. Uit het wetsvoorstel blijkt op dat punt soms terughoudendheid, maar vaker optimisme over wat bestuursorganen voor elkaar kunnen krijgen.

[verder lezen in NAVIGATOR]

De wetgever als Zeeuws Meisje
Tijn Kortmann
In de preconsultatieversie van het wetsvoorstel versterking waarborgfunctie Algemene wet bestuursrecht wordt voorgesteld de bezwaar- en beroepstermijn van zes naar dertien weken op te rekken bij besluiten die naar verwachting van invloed kunnen zijn op de bestaanszekerheid van mensen. Dit om mensen met minder ‘doenvermogen’ of zij die wat meer tijd nodig hebben om de consequenties van een besluit te doorgronden tegemoet te komen. Zijn zij met een dergelijke verlenging van de termijn werkelijk geholpen?

[verder lezen in NAVIGATOR]

Demonstratieverboden voor coronabeleidscritici erbarmelijk onderbouwd
Cornelis J. Wisse
In 2020 werd een aantal keer een verbod uitgevaardigd in Den Haag tegen geplande demonstraties van critici van het coronabeleid. In deze bijdrage wordt betoogd dat de demonstratieverboden, in tegenstelling tot wat in daaropvolgende rechterlijke procedures is aangenomen, ondeugdelijk zijn onderbouwd en voor onrechtmatig moeten worden gehouden. Daarbij wordt met name ingegaan op het gezondheidsargument en het veiligheidsargument.

[verder lezen in NAVIGATOR]

29 maart 2023
Tijdschrift NJB 35 (2021)
Kroniek van het vermogensrecht
Edwin van Wechem en Jac Rinkes
Op vermogensrechtelijk gebied is wederom meer geschreven dan deze kroniek kan behelzen, waarbij opvalt dat vaak wel zeer specialistisch de diepte wordt opgezocht. Jurisprudentie was er ook te over. Auteurs hebben dan ook hun rechtsgevoel moeten laten spreken in de selectie van wat vermeldenswaardig is. Grote spelers als Albert Heijn, Shell en Booking.com komen lang, maar ook meer particuliere zaken over bijvoorbeeld erfdienstbaarheden met betrekking tot vensters en bomen ontsnapten niet aan de aandacht, evenmin als aansprakelijkheid voor koppen en kommen van heupprothesen die niet gelijktijdig in het verkeer zijn gebracht. De uitleg van het Weens Koopverdrag komt langs en onvermijdelijk viel er weer het nodige te zeggen over causaliteitsvraagstukken.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Kroniek van het algemeen bestuursrecht
Irene van der Heijden, Jean-Paul Heinrich en Jannetje Bootsma
Ook nu heeft de kroniekperiode weer een rijke oogst opgeleverd, zij het dat de ontwikkelingen zich onveranderd concentreren rondom de thematiek van het responsiever en mensvriendelijker maken van het bestuursrecht en het leveren van maatwerk waar mogelijk. We zien dat aan de (voorgestelde) verfijningen van de rechtspraak over het vertrouwensbeginsel en het evenredigheidsbeginsel, de twee algemene beginselen van behoorlijk bestuur die de afgelopen jaren in toenemende mate een stempel hebben gedrukt op de bestuursrechtelijke rechtsontwikkeling en in de rechtspraak een nieuwe lading/dynamiek hebben gekregen en waarbij de toetsing van besluiten aan de hand van die criteria is gesystematiseerd en verfijnd. Naar verwachting kan binnen afzienbare tijd ook het (materiële) gelijkheidsbeginsel aan dat rijtje van ‘afgestofte’ en verder verfijnde algemene beginselen van behoorlijk bestuur worden toegevoegd.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Kroniek van het straf(proces)recht
Sjarai Lestrade
In deze kroniekperiode vonden onder het mandaat van het Europees Openbaar Ministerie (EOM) doorzoekingen plaats in panden in Nederland, is voorzien in wetgeving op het gebied van strafrechtelijke samenwerking met het Verenigd Koninkrijk na de Brexit, stelde de minister pilots voor om te experimenteren met onderdelen uit de beoogde Modernisering Strafvordering en is de bekritiseerde verschijningsplicht van de voorlopig gehechte verdachte van een ernstig zeden- of geweldsmisdrijf een feit. Op het gebied van rechtspraak zette de Hoge Raad de gevolgen van de uitspraak van het EHRM in post-Keskin uiteen. Het herzieningsverzoek in de Pettense campingmoord treft doel, maar het verzoek in de Arnhemse villamoord niet. En de veroordeling van Wilders voor groepsbelediging blijft in cassatie in stand.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Kroniek van het burgerlijk procesrecht
Margriet de Boer en Jan-Willem Meijer
Na de grote uitdagingen waarvoor de rechtspraak zich met name aan het begin van de coronacrisis gesteld zag, lijken we inmiddels in rustiger vaarwater beland. Dat geldt voor het gehele burgerlijk procesrecht, waar met name sprake is van nuanceringen en verduidelijkingen. Die schijnbare rust is echter misleidend. Doordat de aandacht uitging naar het oplossen van de acute problemen en knelpunten als gevolg van COVID-19, is er weinig vooruitgang geboekt met een aantal meer fundamentele herzieningen en projecten. De val van het kabinet en de moeizame formatie helpen daar uiteraard ook niet bij. De komende jaren zal de aandacht moeten uitgaan naar het oplossen van de capaciteitsproblemen in de rechtspraak, en moet worden ingezet op verdere digitalisering en modernisering van bestaande wetgeving.

[verder lezen in NAVIGATOR]

En verder de kronieken van het constitutioneel recht, personen- en familierecht, belastingrecht, migratierecht, sociaal recht, Caribisch recht en Europees materieel recht
Geerten Boogaard, Michiel van Emmerik, Gert Jan Geertjes, Luc Verhey, Jerfi Uzman, Caroline Forder, Rob Bakker, Rens Pieterse, Hemme Battjes, Evelien Brouwer, Galina Cornelisse, Eva Hilbrink, Nadia Ismaïli, Marcelle Reneman, Lieneke Slingenberg, Thomas Spijkerboer, Martijn Stronks, Barend Barentsen, Stefan Sagel, Gerhard Hoogers, Germaine Rekwest, Marc Dekker, Wessel Geursen, Stefaan Van Den Bogaert, Moritz Jesse, Ben Van Rompuy, Vestert Borger en David van Wamel
13 oktober 2021
Tijdschrift NJB 8 (2018)
The Storm has come, of: wie beslist over het minister-presidentschap in Sint Maarten?
Gerhard Hoogers
In deze bijdrage wordt een aantal staatsrechtelijke vragen rondom het ontslag van minister-president Marlin geanalyseerd. Alles overziende is het een weinig verheffend beeld dat zich aandient. Niet het zo gesmade Sint Maarten, maar de regering van het Koninkrijk is hier degene die de deugdelijkheid van bestuur, waarvan zij nota bene de constitutionele garant is, aan haar laars gelapt heeft, door staatsrechtelijke normen te verzinnen of in ieder geval hoogst ongebruikelijk te interpreteren, een memorie van toelichting selectief en onjuist te citeren, in een conflict tussen twee Sint Maartense staatsorganen eenzijdig de kant van het parlement te kiezen en gebruik te maken van een aanwijzingsbevoegdheid waarvan de Raad van State van het Koninkrijk nog slechts twee jaar geleden gezegd heeft dat die hiervoor niet gebruikt mag worden. De inmiddels afgetreden minister-president van Sint Maarten is bovendien publiekelijk aan de schandpaal genageld door de volstrekt ongegronde beschuldiging zijn ambtseed geschonden te hebben.


Lees het hele artikel in Navigator.

Ingrijpen op Sint Eustatius
Hansko Broeksteeg en Ine van Haaren-Dresens
Op 6 februari jl. namen beide kamers van de Staten-Generaal een wetsvoorstel aan op grond waarvan wordt ingegrepen in het openbaar bestuur op Sint Eustatius. Een regeringscommissaris oefent tijdelijk alle taken en bevoegdheden van het eilandsbestuur uit. Het is bijna 70 jaar geleden dat de wetgever dit meest vergaande instrument van bestuurlijk toezicht voor het laatst heeft toegepast. Dit artikel analyseert de geschiedenis van ingrijpen bij grove taakverwaarlozing, bespreekt waarom de wetgever ingrijpt op Sint Eustatius en onderzoekt op welke wijze wordt ingegrepen. Vanzelfsprekend wordt daarbij ingegaan op de bijzondere juridische status van het openbaar lichaam Sint Eustatius.


Lees het hele artikel in Navigator.

Wetsvoorstel afwikkeling massaschade in collectieve actie (34 608)
Jeroen Kortmann
Op 12 januari 2018 stuurde de Minister van Rechtsbescherming een nota van wijziging bij het Wetsvoorstel Afwikkeling Massaschade in een Collectieve Actie naar de Kamer. De meest in het oog springende wijzigingen betreffen het schrappen van de bepaling die alle collectieve acties concentreerde bij de Rechtbank Amsterdam; de toevoeging van een tweede mogelijkheid tot opt out in geval van een collectieve schikking; en een nadere beperking van het geografische bereik van de collectieve schadevergoedingsactie. Het opt out-karakter zal in beginsel alleen voor Nederlandse ingezetenen gelden. Voor elk van deze wijzigingen geldt dat zij het draagvlak voor het Wetsvoorstel zullen vergroten, al zal de keuze voor opt out in het Wetsvoorstel in de praktijk de totstandkoming van schikkingen niet eenvoudiger maken. Daarnaast bevat de nota van wijziging ook nog ‘enkele wetstechnische verbeteringen’ waaronder ook de nieuw voorgestelde regel van overgangsrecht valt. Dát overgangsrecht is toegevoegd, is te prijzen. De wijze waaróp het in de nota van wijziging is geregeld, is echter minder gelukkig.


Lees het hele artikel hier

in Navigator.

Het ongelijk van de Hoge Raad
Laura Bähr
De Hoge Raad heeft ten onrechte geoordeeld dat het moment van herbeoordeling van een levenslange straf in de vorm van een ambtshalve gratieprocedure in lijn is met de eis van het EHRM. De uiteindelijke herbeoordeling zal ruimschoots na de uiterste grens van 25 jaar gaan plaatsvinden. De Hoge Raad heeft er ook geen oog voor dat niet alle criteria, aan de hand waarvan moet worden bepaald of de straf wordt verkort, objectief zijn en hecht teveel belang aan de rol van de burgerlijke rechter als rechterlijk toezichthouder.


Lees het hele artikel in Navigator.

Reactie en naschrift op ‘Rechtbanktekeningen nopen tot een herziening van de Persrichtlijn’
Willem F. Korthals Altes en Paul Verweijen

Reactie van Willem Korthals Altes: In zijn artikel over de rechtbanktekeningen en de Persrichtlijn (NJB 42, 2017) merkt Paul Verweijen terecht op dat de Persrichtlijn aan herziening toe is. Deze herziening zou echter iets anders moeten omvatten dan een beperking van de mogelijkheid verdachten in de rechtszaal te tekenen.

Lees het hele artikel in Navigator.


Naschrift van Paul Verwijen: In zijn lezenswaardige reactie miskent Korthals Altes allereerst dat het EVRM, in casu artikel 6 en 8, een positieve verplichting meebrengt voor de Staat om te waarborgen dat deze grondrechten worden geëerbiedigd. Dat het EVRM vanzelfsprekend niet direct voor de media geldt laat de positieve verplichting onverlet te Auteur 1. Mr. P.T. Verweijen is strafrechtadvocaat bij Cleerdin & Hamer advocaten te Rotterdam. regelen dat de media deze rechten niet met voeten treedt.

Lees het hele artikel in Navigator.

21 februari 2018