Artikelen van Elco Nab

Tijdschrift
NJB 37 (2025)
Kroniek van het vermogensrecht
Een rustige kroniekperiode die zich kenmerkt door aanvulling van het Burgerlijk Wetboek met afdeling 6.5.2 ab waarin de bepalingen van de Toegankelijkheidsrichtlijn voor e-handelsdiensten zijn geïmplementeerd en waarin de Wet opheffing verpandingsverboden per 1 juli 2025 in werking is getreden. In het aansprakelijkheidsrecht wat meer reuring dan in het contractenrecht en in het goederenrecht, maar ook nu weer zijn fraaie artikelen verschenen. Links en rechts wat ditjes en datjes, maar niet de aardverschuivingen die de vorige kroniek kenmerkten.
Kroniek van het algemeen bestuursrecht
De zoektocht naar het juiste midden, tussen burgervriendelijke overheidsdienstverlening en rechtsbescherming enerzijds en de grenzen aan het doenvermogen van bestuursorganen en rechtspraak anderzijds, gaat onverminderd door. Er is toenemende aandacht voor ieders verantwoordelijkheid voor het ordelijk verloop van de uitvoering en de afhandeling van geschillen door de bestuursrechter. Deze houdt procesdeelnemers aan wat van hen mag worden verwacht en treedt – uiteraard met een scherp oog voor het fundamentele recht op toegang tot de rechter – strenger op tegen onordelijk of zelfs misbruikelijk procedeergedrag.
Kroniek van het straf(proces)recht
Tegen de achtergrond van de groeiende spanning tussen enerzijds populistische politieke voorstellen en anderzijds de fundamenten van de rechtsstaat worden recente wetsvoorstellen besproken, waaronder het verbod op etnisch profileren en het wetsvoorstel ‘Slimmer straffen’. Natuurlijk komt ook de rechtspraak van de Hoge Raad aan bod over onder meer getuigenverzoeken, het demonstratierecht, de voorlopige hechtenis en de levenslange gevangenisstraf. Daarnaast is er aandacht voor (WODC)-onderzoeken over de motivering van de voorlopige hechtenis, publiek-private samenwerking en femicide. Tot slot wordt ingegaan op de uiteenlopende strafrechtelijke plannen in partijprogramma’s, die de verdeeldheid over sanctiebeleid en rechtsbescherming illustreren.
Kroniek van het burgerlijk procesrecht
Deze kroniek belicht de belangrijkste ontwikkelingen van het afgelopen jaar, waaronder de inwerkingtreding van de Wet modernisering bewijsrecht per 1 januari 2025. Hoewel deze wet vooral codificatie en stroomlijning brengt, roept zij ook nieuwe vragen op, zoals het voortbestaan van het aannemelijkheidsvereiste. Daarnaast zijn er relevante uitspraken van de Hoge Raad over onder meer het recht op mondelinge behandeling, hoor en wederhoor, rechterlijke onpartijdigheid, het gezag van gewijsde en het verschoningsrecht. Verder komen procesrechtelijke thema’s aan bod zoals de tweeconclusieregel, digitalisering, proceskosten en collectieve acties onder de WAMCA. Tot slot wordt ingegaan op adviezen voor een fundamentele herziening van het procesrecht, waaronder het opheffen van het onderscheid tussen dagvaardings- en verzoekschriftprocedures.
En verder de kronieken van het constitutioneel recht, belastingrecht, personen- en familierecht en het jeugdrecht, insolventierecht, migratierecht, Caribisch recht, Europees strafrecht en arbeidsrecht
Bij het schrijven van de inleidende woorden van deze jaarlijkse kroniek is het stof van de Tweede Kamerverkiezingen van 29 oktober jl. nauwelijks neergedaald. Los van de vraag hoe het hele proces van het formeren van een nieuw kabinet gaat verlopen, zijn er al meer dan voldoende constitutioneelrechtelijk interessante, c.q. opmerkelijke ontwikkelingen te signaleren op het terrein van het politieke staatsrecht – en niet alleen over het dubbel gevallen kabinet. De impact van tragedies als de oorlogen in Oekraïne en Gaza, de (digitale) dreiging vanuit Rusland en de veranderende internationale verhoudingen na de herverkiezing van president Trump doen zich ook in de Nederlandse context gevoelen. Zo staat Nederland, net als de andere Europese landen, aan de vooravond van forse investeringen in defensie, terwijl de klimaatproblematiek zeker niet minder urgent is geworden. De in de vorige kroniekperiode door velen gesignaleerde crises (onder meer stikstof, wonen, klimaat en asiel) kwamen het afgelopen jaar ook weer volop aan de orde in Den Haag (en niet alleen daar). Ook probeerde het demissionaire kabinet de constitutionele toetsing een stapje verder te brengen. De beginselen van de (democratische) rechtsstaat waren veelvuldig in het politieke en maatschappelijke debat te horen, al konden de meningen over de invulling daarvan verschillen.
[Lees de kroniek van het constitutioneel recht in InView]
De dynamiek van het belastingrecht is legendarisch te noemen. Het is ook emotioneel recht, omdat vrijwel iedereen erdoor wordt geraakt en dat doorgaans op onverbloemde wijze laat merken. In deze kroniek wordt een kleine maar weloverwogen greep gedaan uit de ruime hoeveelheid beschikbare actualiteiten: van de welhaast onvermijdelijke vermogensrendementsheffing (box 3), de overdrachtsbelasting en de minder bekende waterzuiveringsheffing tot enkele formeelrechtelijke ontwikkelingen, zoals de wettelijke beperking van de proceskostenvergoedingen en het ‘protest’ dat tegen de berekening van belastingrente is ontketend. Belicht worden eveneens enkele markante gebeurtenissen op het vlak van de fiscale wetenschapsbeoefening, onder meer in de inleiding.[Lees de kroniek van het belastingrecht in InView]
In deze kroniek aandacht voor problemen die worden ondervonden bij meerouderschap, de grondslagen van het afstammingsrecht, perikelen in de jeugdzorg en verbeteringen in de rechtsbescherming in de jeugdzorg. Zowel het voorkomen van uithuisplaatsingen, het verbeteren van de rechtsbescherming van ouders en kinderen als de pogingen om het door marktwerking gehavende jeugdbeschermingsstelsel te versterken passeren de revue. Eveneens komen de bescherming van familievermogen van minderjarigen, echtgenoten en informeel samenwoners en de kans dat er een regeling voor meerouderschap komt aan bod.[Lees de kroniek van het personen- en familierecht en het jeugdrecht in InView]
Terwijl eerdere jaren gekenmerkt werden door ingrijpende veranderingen, laat deze kroniek vooral een beeld van consolidatie en verfijning zien. Wetgevingsinitiatieven zoals het Europese Richtlijnvoorstel en het nationale Wetsvoorstel Overgang van onderneming in faillissement zijn verder gevorderd, terwijl de WHOA opnieuw centraal staat in zowel praktijk als rechtspraak. Daarnaast komen relevante uitspraken van de Hoge Raad en het Hof van Justitie aan bod, evenals aandachtspunten uit recente WODC-onderzoeken. Kortom: geen baanbrekende revolutie, maar langzaam voortschrijdende evolutie – met thema’s die de komende tijd onverminderd actueel blijven.[Lees de kroniek van het insolventierecht in InView]
Het is inmiddels een goed Nederlands gebruik dat kabinetten vallen op het asiel en migratiedossier. In deze kroniek leest u alles over de meest recente struikelpartijen, dus alleen al daarom kunt u deze niet overslaan. Maar er is nog meer dat u te weten komt als u deze kroniek leest, zoals hoe het ‘fifo-principe’ de IND uit de brand moet helpen, hoe twee wetsvoorstellen allerlei problemen waarover u in onze rubriek al jaren leest zullen oplossen, en hoe wetsvoorstellen elkaar in zullen halen in 2026.[Lees de kroniek van het migratierecht in InView]
In deze editie richten uw Caribische chroniqueurs de aandacht op een drietal onderwerpen. Als eerste komt de modernisering van het straf(proces)recht in de Cariben aan bod. Daarbij is er ook aandacht voor (de noodzaak van) eenvormigheid van wetgeving. Aan de hand van het meest recente jaarverslag van de FTAC en een evaluatierapport schetsen wij een beeld van de mededingingswetgeving in de Cariben. Consumenten bescherming is een belangrijk onderdeel van (mededingings)beleid, en dit aspect komt aan de orde bij de bespreking van de nieuwe Arubaanse autoriteit, de AFTA. Traditiegetrouw komt het Caribisch fiscaal recht ook in deze kroniek aan de orde. We belichten een aantal in het oog springende fiscale ontwikkelingen, waarbij de flinke uitbreiding van het belastingverdragennetwerk van Curaçao het meest opvalt. Enfin, voldoende stof ter bespreking.[Lees de kroniek van het Caribisch recht in InView]
De Brusselse wetgever heeft ook de afgelopen twee jaar niet stilgezeten. Vooral, maar niet uitsluitend, op het gebied van het materiële strafrecht is nieuwe wetgeving vastgesteld en is er nieuwe wetgeving in de maak. Wat er daarnaast in de voorbije periode aan relevante rechtspraak voorbij is gekomen en in deze kroniek bespreking verdient, toont opnieuw dat strafrechtelijke rechtsontwikkeling steeds zichtbaarder en merkbaarder plaatsvindt op EU-niveau. Het arbeidsrecht blijft in beweging. Hoewel de Nederlandse wetgever op arbeidsrechtelijk terrein wel erg weinig tastbare resultaten boekte in de afgelopen Kroniekperiode, maakte de Hoge Raad dat dubbel en dwars goed. Een ware stroom aan belangrijke rechtspraak kwam op gang. Over allerlei uiteenlopende thema’s; van klokkenluiders tot ontslaggronden en ontslagvergoedingen, via de definitie van de arbeidsovereenkomst en gelijke behandeling, tot werkingssfeergeschillen en de betekenis van de academische vrijheid in arbeidsrechtelijke verhoudingen. En het studiekostenbeding natuurlijk. Daarbij drukt het Europese recht in toenemende mate zijn stempel op het arbeidsrecht; dat blijkt niet alleen uit de te bespreken rechtspraak van de Hoge Raad, die steeds vaker een Europeesrechtelijke component heeft. Ook in Luxemburg zijn weer heel wat uitspraken gedaan die het vermelden waard zijn.
Tijdschrift
NJB 32 (2024)
Kroniek van het vermogensrecht
Het was een relatief rustige kroniekperiode, desondanks is er weer meer dan genoeg rechtspraak en literatuur verschenen die het vermelden waard zijn. Want het vermogensrecht blijft krachtig in beweging en genereert een stroom aan relevante, waaronder de nodige must reads, voor de praktijk nuttige en toepasbare informatie. Voor de implementatiewetgever is er nog het nodige werk aan de winkel.
Kroniek van het algemeen bestuursrecht
De tijd van (te) algemene en rigide regels en confectiebeschikkingen lijkt definitief achter ons te liggen. Er moet ruimte zijn voor maatwerk, echter zonder het belang van rechtszekerheid, duidelijke normstelling en rechtsgelijkheid uit het oog te verliezen en met inachtneming van een realistische inschatting van het doenvermogen van de uitvoerende en de rechterlijke macht. Deze kroniekperiode laat zien dat de zoektocht naar het ‘juiste midden’ tussen maatwerk, responsiviteit enerzijds en het belang van rechtszekerheid, rechtsgelijkheid en het voorkomen van willekeur anderzijds op volle snelheid doorgaat. De verdere discussie naar aanleiding van de aankomende parlementaire behandeling van het ontwerp voor de Wet versterking waarborgfunctie Awb biedt een uitgelezen mogelijkheid om een realistisch antwoord te vinden op de vraag waar dat ‘juiste’ en praktisch uitvoerbare midden dan ligt. De consultatieversie heeft in ieder geval al vele, soms ook kritische, reacties opgeleverd. Zaaksverzwaring op alle bestuursrechtelijke deelgebieden wordt gevreesd.
Kroniek van het straf(proces)recht
In deze kroniek komen de ontwikkelingen met betrekking tot de modernisering van het Wetboek van Strafvordering aan bod, alsmede de doorgevoerde veranderingen in het Wetboek van Strafrecht, zoals de invoering van de Wet Seksuele Misdrijven per 1 juli. Ook de uitbreiding van de strafbaarstelling van mensenhandel komt aan de orde. Uiteraard wordt de jurisprudentie van de Hoge Raad over het verschoningsrecht bij de inbeslagname van grote hoeveelheden gegevens, over het recht op rechtsbijstand bij ‘niet-aangehouden’ verdachten, en over de strafbaarstelling van deelname aan een criminele organisatie besproken. Diverse relevante onderzoeken, uitgevoerd in opdracht van het WODC, ter verbetering van de rechtspraktijk, passeren de revue. De chroniqueurs sluiten af met de strafrechtelijke plannen uit het nieuwe regeerprogramma, die er veelal op neerkomen dat via het strafrecht strenger en harder moet kunnen worden ingegrepen. Er is daarbij nog weinig aandacht voor de effectiviteit van de voorgestelde maatregelen.
Kroniek van het burgerlijk procesrecht
Sinds het verschijnen van de vorige kroniek is het politieke landschap aanzienlijk veranderd. De democratische rechtsstaat moet een van de hoofdpunten worden van het toekomstige kabinetsbeleid. Tijdens de kabinetsformatie benadrukte de Rechtspraak bepaald niet ten overvloede het belang van een goed functionerende en betaalbare rechtspraak. Het kabinet lijkt gehoor te hebben gegeven aan deze oproep en heeft structureel meer geld beschikbaar gesteld voor de rechtspraak. Tegelijkertijd is het niet allemaal goed nieuws. Zo is het kabinet voornemens om op bepaalde terreinen zoals het asielrecht en bij bouwprojecten de beroepsmogelijkheden te beperken, waarmee de toegang tot de rechter in het gedrang komt. Ondertussen is nog niet duidelijk in hoeverre de investeringen door het vorige kabinet hun uitwerking vinden in de rechtspraak. In 2023 werden in het algemeen meer uitspraken gedaan dan het jaar daarvoor, maar het aantal afgehandelde civiele zaken nam af en over de hele linie ligt het aantal inkomende en afgehandelde zaken op een significant lager niveau dan in 2019. Ook blijkt dat de lange doorlooptijden praktisch ongewijzigd zijn gebleven. Op dit vlak kan hopelijk vooruitgang worden geboekt in de komende jaren. Anders dan in de politiek zijn in het burgerlijk procesrecht dit jaar geen aardverschuivingen te melden. Dat betekent niet dat er geen stof is voor deze kroniek, maar dat de ontwikkelingen in het burgerlijk procesrecht over het algemeen beperkt en gradueel zijn. Ook dat is voor de rechtsstaat van belang. Met het oog op de rechtszekerheid zijn plotselinge wijzigingen van de spelregels niet wenselijk.
En verder de kronieken van het constitutioneel recht, belastingrecht, personen- en familierecht en het jeugdrecht, insolventierecht, migratierecht, omgevingsrecht, financieel recht en sociaal recht
Ook het afgelopen verslagjaar levert een rijkgeschakeerde constitutionele Kroniek op. Het politieke staatsrecht (met de vorming en aftrap van het kabinet-Schoof) bracht vele politieke bijzonderheden. Grondwet en rechtsstaat kregen – ten minste in woorden – veel aandacht. Decentrale overheden stonden in het brandpunt van de belangstelling (denk aan de Spreidingswet), net als de demonstratievrijheid. Daarnaast waren er belangrijke constitutionele uitspraken zowel op nationaal als Europees niveau, niet in het minst over de aanpak van klimaatverandering.
Het belastingrecht kent faciliteiten en privileges, daarnaast zijn er lasten. Op bepaalde terreinen neemt de belastingdruk toe. Om de overheidsfinanciën te verbeteren, is het bijvoorbeeld de bedoeling om het tarief van de kansspelbelasting stapsgewijs te verhogen. Verder zullen cultuur, boeken en kranten in de nabije toekomst zwaarder worden belast. In deze kroniek komen vooral enkele andere onderwerpen van materieelrechtelijke aard aan de orde, zoals het forfaitaire stelsel van box 3, de vermogensrendementsheffing. De arresten over de vermogensrendementsheffing roepen vragen op en het nieuwe regime dat inkomsten uit vermogen moet belasten, doet dat evenzeer. Daarvan wordt in deze kroniek verslag gedaan. De giftenaftrek in de inkomstenbelasting, die behouden blijft, hoewel de aftrek niet doelmatig is, krijgt eveneens enige aandacht.
Op 26 maart 2024 schreef de demissionair Minister voor Rechtsbescherming aan de Tweede Kamer dat familierechtelijke onderwerpen ons in de kern van ons bestaan raken. Die opmerking staat in schril contrast met het feit dat de familie en familierechtelijke regelgeving geen enkele aandacht heeft gekregen in het op 16 mei 2024 verschenen hoofdlijnakkoord. Daarentegen heeft de nieuwe regering wel aandacht voor het jeugdrecht. Wat er in deze kroniek naast het jeugdrecht aan de orde komt zijn internationale ontwikkelingen, de rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) over afstammingsgegevens, de afbouw van interlandelijke adoptie, maar ook een wetsvoorstel dat tot doel heeft het familie- en gezinsleven tegen ondemocratische ontwikkelingen bestand te maken.
Het insolventierecht is de afgelopen twee jaar weer volop in beweging geweest. Wetgevingsinitiatieven, consultatierondes, veel (en vaak belangrijke) rechtspraak en een vloedgolf aan literatuur hebben praktijkbeoefenaren en wetenschappers soms naar adem laten happen. Deze kroniek beoogt hen met een selectie van de belangrijkste ontwikkelingen in deze periode weer enige rust te brengen.
Hoewel de crisisretoriek in het migratierecht al jaren niet van de lucht is, hadden we nog niet eerder een kabinet dat via staatsnoodrecht een asielcrisis probeerde af te kondigen. Het kabinet-Schoof zoekt dan ook de ‘grenzen van het juridische toelaatbare op’, of gaat er ruimschoots overheen. In deze kroniek verder onder meer mensenrechtenschendingen van Frontex, het nieuwe Europese migratiepact, beperkingen van gezinshereniging, de Spreidingswet en grensdetentie.
Deze kroniekperiode kenmerkt zich door de inwerkingtreding op 1 januari 2024 van de Omgevingswet. Hiermee wordt een belangrijk deel van de bestaande wetgeving op het gebied van ruimtelijke ordening, milieu, natuur en water vervangen. Deze kroniek gaat in op de eerste ervaringen, jurisprudentie en wijzigingen. Veel aandacht wordt verder besteed aan het – immer in beweging zijnde – stikstofdossier en aan andere ontwikkelingen op het terrein van natuurbescherming, zoals de bescherming van de wolf en vleermuizen. Ook het waterdossier ontbreekt niet in deze kroniek. Ook dit is een probleemdossier voor de regering gelet op de waterkwaliteitsdoelstellingen die in 2027 moeten worden bereikt. De ontwikkelingen op het terrein van het omgevingsrecht tijdens deze kronieperiode waren talrijk, zodat wij selectief zijn geweest bij de keuze van de beschreven ontwikkelingen.
Als deze kroniek iets illustreert, dan is het wel dat het financieel recht allesbehalve een niche is. De financiële sector – en daarmee het financieel recht – speelt een centrale rol in de samenleving. Niemand ontkomt aan de financiële sector en de regulering ervan en de Europese Commissie dendert voort met nieuwe wetgeving waarbij geopolitieke overwegingen een steeds prominentere rol spelen.
Deze kroniek breekt waarschijnlijk een record. Het is, vermoedelijk, de langste kroniek sociaal recht die hier ooit verscheen. Maar dat heeft een reden. Zowel de Hoge Raad als de wetgever zijn in actie-modus. Er zijn veel, fundamentele, wetsvoorstellen in de maak, die hier bespreking behoeven. Vooral het geruchtmakende wetsvoorstel tot verduidelijking van de definitie van het gezagscriterium in de arbeidsovereenkomst en de invoering van een rechtsvermoeden ten aanzien van het bestaan van zo’n overeenkomst (VBAR), maar ook de plannen met de wettelijke regeling van het concurrentiebeding, beloven de boel stevig op te schudden. En de Hoge Raad wees het afgelopen kroniekjaar heel veel belangwekkende rechtspraak, op allerlei deelgebieden van het vakgebied. Van de klachtplicht in het arbeidsrecht, via het cao-recht en het medezeggenschapsrecht, tot vakantiedagen, arbeidstijden, overgang van onderneming en het ontslag op staande voet. Er daalde heel veel nieuws op ons neer, dat vermelding verdient.

Tijdschrift
NJB 33 (2023)
Kroniek van het vermogensrecht
Vooral op het terrein van het algemene voorwaarden-recht zijn deze kroniekperiode gamechangers te melden. Zo lijkt de tijd rijp voor afschaffing van de vernietigingsgrond wegens niet-terhandstellen. Ook uitleg blijft de gemoederen bezighouden. Kunnen partijen de manier waarop de rechter Haviltex toepast beïnvloeden? Ja, en ook onbedoeld, waarmee de toepassing van het recht voor niet-juristen weer een stukje ondoorgrondelijker is geworden. Inzake reflexwerking, verrekening in faillissement, de aanvangstijd van de verjaring en het retentierecht zijn er vermeldenswaardige ontwikkelingen en verder is er natuurlijk weer volop geschreven en gepromoveerd.
Kroniek van het algemeen bestuursrecht
Grote maatschappelijke opgaven stellen de slagvaardigheid van de overheid op de proef. Op veel plaatsen binnen de overheid is overbelasting en onderbezetting. De instelling van de Staatscommissie Rechtsstaat, de ambitie om rechterlijke toetsing van wetgeving in formele zin mogelijk te maken en het conceptwetsvoorstel Versterking waarborgfunctie Awb laten zien dat het de regering ernst is met de zoektocht naar vergroting van de rechtsbescherming en rechtsstatelijkheid van (toetsing van) overheidsoptreden. Daarnaast hebben de inzet van de instrumenten van de conclusie en grote kameruitspraken de afgelopen jaren geleid tot een flinke opknapbeurt van de manier waarop algemene beginselen van behoorlijk bestuur en bestuursrechtelijke begrippen worden gebruikt als toetsingsinstrument door de rechter. De (recente) rechtspraak over het evenredigheids- en het vertrouwensbeginsel en de uitspraak over de invulling van het overtrederbegrip, laten zien dat de rechter de invulling daarvan heeft gesystematiseerd. Dat de toeslagenaffaire een brede discussie in gang heeft gezet over modernisering van de verhoudingen tussen de staatsmachten, is een lichtpuntje in deze affaire.
Kroniek van het straf(proces)recht
Deze kroniekperiode is het kabinet gevallen en zijn politieke partijen druk in de weer geweest hun nieuwe verkiezingsprogramma’s samen te stellen. De behandeling van het wetsvoorstel Modernisering Wetboek van Strafvordering in de Tweede Kamer is aangevangen. Ons Wetboek van Strafrecht is uitgebreid met de strafbaarstelling van de voorbereidingshandelingen van seksueel kindermisbruik en wordt vanaf 2024 nog verder aangevuld met de strafbaarstelling van doxing (ondanks kritische geluiden vanuit de wetenschap). De Hoge Raad heeft zich uitgelaten over de prejudiciële procedure in strafzaken en de betekenis van het vertrouwensbeginsel bij de internationaal strafrechtelijke samenwerking in de zaken over EncroChat en SkyECC. In opdracht van het WODC zijn voorts twee rechtsvergelijkende onderzoeken verricht naar de Italiaanse maffia-aanpak om te bezien wat we daarvan kunnen leren.
Kroniek van het burgerlijk procesrecht
Het procesrecht wordt steeds meer dienend gemaakt aan de inhoud van de zaak en de beslechting van het werkelijke geschil dat voorligt. Deels gebeurt dit door het wegruimen van onnodige barrières en formaliteiten. Tegelijkertijd krijgt de rechter een steeds actievere rol toebedeeld om het echte geschil boven water – en opgelost – te krijgen. Dit is een positieve ontwikkeling want een juiste naleving van het procesrecht is geen doel op zich. Toch past ook een kanttekening. Het procesrecht bevat immers ook de waarborgen voor een eerlijke procesvoering in een democratische rechtsstaat. We moeten ervoor waken dat waarborgen als het verschoningsrecht aan de kant worden geschoven onder het mom van ‘het doel heiligt de middelen’, of dat de controlerende functie van de rechterlijke macht ondergesneeuwd raakt door de almaar toenemende werkdruk. De vraag is of de rechterlijke macht ook de komende jaren voldoende in staat zal blijven om haar rol effectief uit te oefenen als het aan de nodige capaciteit ontbreekt. Waar het aantal civiele handelszaken afneemt, geldt het omgekeerde voor de doorlooptijden. Nog niet alle achterstanden uit de coronaperiode zijn weggewerkt, zaken worden complexer en omvangrijker, en nieuwe uitdagingen dienen zich aan. Rechters zien de laatste jaren grote maatschappelijke thema’s langskomen: van Groningen tot toeslagen, en van klimaatkwesties tot allerhande massaschadeclaims. Alleen een goed geëquipeerde rechterlijke macht en overigens ook (sociale) advocatuur kunnen hier hun functie vervullen. Met de val van het kabinet liggen er weer nieuwe kansen om de rechtsstaat te versterken. Hopelijk zal het nieuwe kabinet die kansen met beide handen aangrijpen.
En verder de kronieken van het constitutioneel recht, sociaal recht, migratierecht, belastingrecht, personen- en familierecht en jeugdrecht, Europees strafrecht en Caribisch recht
[Lees de kroniek van het constitutioneel recht in NAVIGATOR]
[Lees de kroniek van het sociaal recht in NAVIGATOR]
[Lees de kroniek van het migratierecht in NAVIGATOR]
[Lees de kroniek van het belastingrecht in NAVIGATOR]
[Lees de kroniek van het personen- en familierecht en jeugdrecht in NAVIGATOR]