Besluit van 24-03-2023, Stb. 2023, 101

Besluit tot wijziging van enkele vervaldata van wettelijke voorzieningen die zijn getroffen in verband met de uitbraak van COVID-19

—Enkele specifieke COVID-voorzieningen (te weten die voorzieningen neergelegd in de artikelen 2, 2a, 27, 28, 33 en 34 van de Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid alsmede artikel 3.4 van de Tweede Verzamelspoedwet COVID-19) zijn nog niet beëindigd (zie Stb. 2023, 25). Inmiddels heeft het OMT in het advies van 23 februari 2023 aangegeven dat COVID-19 zich inmiddels in de endemische fase bevindt. Daardoor kunnen ook de genoemde tijdelijke maatregelen worden beëindigd. Zij zullen nog éénmaal worden verlengd tot 1 juni 2023. Dit biedt de rechtspraak de mogelijkheid om te komen tot een ordelijke afwikkeling van eventuele gerechtelijke procedures en werkwijzen waarbij nog gepland is om gebruik te maken van deze voorzieningen. Een verdere verlenging na deze datum is niet voorzien. Daardoor is onder meer na ­verval van artikel 2 uit de Tijdelijke wet er geen basis meer voor de inzet van videoconferentie in het civiel recht en het bestuursrecht zonder instemming van partijen indien in verband met COVID-19 het houden van een fysieke zitting niet mogelijk is.