Wet van 14-04-2016, Stb. 2016, 160
Wet tot wijziging van het Wetboek van Strafvordering ter aanvulling van het spreekrecht van slachtoffers en nabestaanden in het strafproces en wijziging van de Wet schadefonds geweldsmisdrijven ter uitbreiding van de mogelijkheid van uitkering aan nabestaanden
—Deze wet verruimt de omvang van het spreekrecht door de bestaande belemmering dat alleen mag worden gesproken over de gevolgen die het slachtoffer of de nabestaande zelf heeft ondervonden, op te heffen. Onbelemmerd spreekrecht heeft tot gevolg dat aan het slachtoffer geen beperkingen worden opgelegd over hetgeen hij in het kader van de strafzaak aan de orde wil stellen. De thans bestaande feitelijke situatie dat het slachtoffer dat in het kader van de uitoefening van het spreekrecht een belastende verklaring aflegt, op vordering van de officier van justitie, verzoek van de verdediging of ambtshalve door de rechtbank als getuige kan worden beëdigd, blijft evenwel gehandhaafd. De rechter zal een beslissing moeten nemen over het zonder meer accepteren van de afgelegde verklaring van het slachtoffer of over gaan tot beëdiging van het slachtoffer als getuige. De rechter doet dat op grond van zijn verantwoordelijkheid voor de volledigheid van het onderzoek op de terechtzitting en de orde in de zittingzaal neergelegd in artikel 272, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering.
Aan de nieuwe regeling liggen de volgende uitgangspunten ten grondslag:
- de uitbreiding van het spreekrecht vindt plaats binnen de context van de huidige regeling van het onderzoek op de terechtzitting, in het bijzonder het gesloten stelsel van informanten.
- voor zover het gaat om een verwoording van de ervaringen van het slachtoffer, geldt dat hij in beginsel geen vragen heeft te dulden en dat deze verklaring niet voor weerlegging vatbaar is. De bestaande situatie dat een slachtoffer dat gebruik maakt van zijn spreekrecht niet wordt beëdigd en dat het slachtoffer dat een belastende verklaring aflegt, wel als getuige wordt beëdigd, blijft gehandhaafd.
- het slachtoffer blijft procesdeelnemer en wordt geen zelfstandige procespartij. Hij wordt geen Nebenkläger. Het vervolgingsmonopolie blijft bij het OM.
Inwerkingtreding
Inwerkingtredingsbesluit van 01-06-2016, Stb. 2016, 210
Besluit tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet van 14 april 2016 tot wijziging van het Wetboek van Strafvordering ter aanvulling van het spreekrecht van slachtoffers en nabestaanden in het strafproces en wijziging van de Wet schadefonds geweldsmisdrijven ter uitbreiding van de mogelijkheid van uitkering aan nabestaanden (Stb. 2016, 160)
—De wet treedt in werking m.i.v. 01-07-2016.
Kamerstukken
- TK 2014/15, 34 082, nr. 1
- TK 2014/15, 34 082, nr. 2
- TK 2014/15, 34 082, nr. 3
- TK 2014/15, 34 082, nr. 4
- TK 2014/15, 34 082, nr. 5
- TK 2014/15, 34 082, nr. 6
- TK 2014/15, 34 082, nr. 7
- EK 2014/15, 34 082, nr. A
- EK 2014/15, 34 082, nr. B
- EK 2015/16, 34 082, nr. C
- EK 2015/16, 34 082, nr. D
- EK 2015/16, 34 082, nr. E
- EK 2015/16, 34 082, nr. F
- EK 2015/16, 34 082, nr. G