Wet van 09-03-2016, Stb. 2016, 108
Wet tot wijziging van de Zorgverzekeringswet met het oog op het opnemen van regels betreffende een Zvw-pgb
—Met het verwerpen door de Eerste Kamer van het wetsvoorstel wijziging van de Wet marktordening gezondheidszorg en enkele andere wetten, teneinde te voorkomen dat zorgverzekeraars zelf zorg verlenen of zorg laten aanbieden door zorgaanbieders waarin zij zelf zeggenschap hebben (Kamerstukken 33 362) is ook het voorstel voor een wettelijke grondslag voor het Zvw-pgb verworpen. De verwerping van het wetsvoorstel 33 362 betekent echter dat er zonder het voorgestelde artikel 13a van de Zorgverzekeringswet (Zvw) geen opdracht is voor de verzekeraars om het Zvw-pgb in alle polissen op te nemen. Evenmin is er een grondslag om bij algemene maatregel van bestuur nadere regels te stellen over de voorwaarden waaronder de verzekerde in aanmerking komt voor een Zvw-pgb of het Zvw-pgb kan besteden. Ook over de hoogte van het budget en de vergoeding van de met een Zvw-pgb vergoede zorg kunnen zonder grondslag geen regels worden gesteld. Om deze reden is het wenselijk dat de grondslag voor een Zvw-pgb alsnog zo spoedig mogelijk wettelijk verankerd wordt. Met deze wet wordt daarom het Zvw-pgb alsnog wettelijk verankerd. Het met deze wet geïntroduceerde artikel 13a van de Zvw komt inhoudelijk grotendeels overeen met de bepaling over het Zvw-pgb zoals deze was opgenomen in wetsvoorstel 33 362. De Zvw kent een natura- en een restitutiepolis. Een verzekerde met een restitutiepolis heeft, op basis van de tussen hem en zijn zorgverzekeraar geldende polisvoorwaarden, de mogelijkheid om zelf te kiezen bij welke zorgaanbieder hij zijn zorg inkoopt. Een verzekerde met een naturapolis kan in principe kiezen voor het door zijn zorgverzekeraar gecontracteerde aanbod. Met de verankering van het Zvw-pgb in de Zvw krijgen zorgverzekeraars de opdracht om in iedere zorgpolis een mogelijkheid van restitutie voor verpleging en verzorging die niet gepaard gaat met verblijf in verband met geneeskundige zorg (wijkverpleging) aan te bieden (artikel 13a, eerste lid, Zvw). Keuzevrijheid voor de verzekerde met een aanspraak op wijkverpleging wordt daarmee zowel voor verzekerden met een naturapolis, als die met een restitutiepolis wettelijk vastgelegd. Voor de begripsomschrijving van het Zvw-pgb is aangesloten bij de terminologie die gehanteerd wordt bij restitutie. Het Zvw-pgb is dus een vergoeding aan de verzekerde. Het gaat echter om een vergoeding die is gemaximeerd, zodat het een budget betreft. Het kan bijvoorbeeld om een bepaald bedrag voor een bepaalde periode gaan of om een aantal uren tegen een toereikend tarief. De wijze waarop het Zvw-pgb wettelijk wordt vastgelegd, sluit aan bij de systematiek van de Zvw. Naast de opdracht aan zorgverzekeraars om het Zvw-pgb in iedere zorgpolis op te nemen, voorziet artikel 13a Zvw met het derde lid in een grondslag om bij of krachtens algemene maatregel van bestuur nadere regels te stellen. Het gaat daarbij in de eerste plaats om de voorwaarden waaronder de verzekerde in aanmerking komt voor een Zvw-pgb. Ook kunnen bij amvb regels worden gesteld over de hoogte van de vergoeding aan de verzekerde van de met een Zvw-pgb verkregen zorg.
Inwerkingtreding
Inwerkingtredingsbesluit van 12-12-2016, Stb. 2016, 509
Besluit houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van (onder andere) de Wet van 9 maart 2016 tot wijziging van de Zorgverzekeringswet met het oog op het opnemen van regels betreffende een Zvw-pgb (Stb. 2016, 108)
—Artikel I, onderdeel A, het in artikel I, onderdeel B, opgenomen artikel 13a, eerste, tweede, derde, vierde en zevende lid, en artikel IA treden met ingang van 01-01-2017 in werking.
Kamerstukken
- TK 2014/15, 34 233, nr. 1
- TK 2014/15, 34 233, nr. 2
- TK 2014/15, 34 233, nr. 3
- TK 2014/15, 34 233, nr. 4
- TK 2014/15, 34 233, nr. 5
- TK 2014/15, 34 233, nr. 6
- TK 2015/16, 34 233, nr. 33
- TK 2015/16, 34 233, nr. 38
- TK 2015/16, 34 233, nr. 65
- TK 2015/16, 34 233, nr. 66
- EK 2015/16, 34 233, nr. A
- EK 2015/16, 34 233, nr. B