Besluit van 04-07-2013, Stb. 2013, 293

Besluit tot wijziging van het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft, het Besluit markttoegang financiële ondernemingen, het Besluit prudentiële regels Wft en enige andere besluiten in verband met implementatie van richtlijn 2011/61/EU van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2011 inzake beheerders van alternatieve beleggingsinstellingen en tot wijziging van de Richtlijnen 2003/41/EG en 2009/65/EG en van de Verordeningen (EG) Nr. 1060/2009 en (EU) Nr. 1095/2010 (PbEU 2011, L 174)

—Deze algemene maatregel van bestuur strekt tot implementatie van de richtlijn nr. 2011/61/EU van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2011 inzake beheerders van alternatieve beleggingsinstellingen en tot wijziging van de Richtlijnen 2003/41/EG en 2009/65/EG en van de Verordeningen (EG) Nr. 1060/2009 en (EU) Nr. 1095/2010 (PbEU 2011, L 174) (hierna: de richtlijn). Het doel van de richtlijn is het introduceren van geharmoniseerde vereisten voor de vergunningverlening aan en het toezicht op beheerders van beleggingsinstellingen. Hiermee wordt beoogd de risico’s die samenhangen met collectief vermogensbeheer voor de beleggers en markten in de Europese Unie te adresseren. Om de doelstellingen te bereiken, bevat de richtlijn op uiteenlopende onderwerpen regels. Deze regels worden geïmplementeerd in het wetsvoorstel ter implementatie van de richtlijn beheerders van alternatieve beleggingsinstellingen (Kamerstukken I, 2012–2013, 33 235, nr. A), deze amvb en een ministeriële regeling. Deze amvb bevat inhoudelijke bepalingen ten aanzien van de bedrijfsvoering, het uitbesteden van werkzaamheden, de bewaarder van een beleggingsinstelling, informatieverplichtingen, belangenconflicten, liquiditeit en soliditeit van de beheerder van een beleggingsinstelling, aanvullende regels voor het aanbieden van rechten van deelneming in beleggingsinstellingen aan niet-professionele beleggers, derdelandenbeleid, vergunningverlening en bestuurlijke boetes.

Inwerkingtreding m.i.v. 22 juli 2013, met uitzondering van artikel V dat in werking treedt op een bij kb te bepalen tijdstip.