Besluit van 11-05-2020, Stb. 2020, 144
Besluit houdende wijziging van de Ambtsinstructie voor de politie, de Koninklijke marechaussee en andere opsporingsambtenaren, het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar en het Besluit politiegegevens in verband met de herziening van de geweldsmelding
—De melding, registratie, beoordeling en terugkoppeling van een geweldsaanwending door opsporingsambtenaren is landelijk niet eenduidig ingericht. Hierdoor bestaat een onvolledig beeld van geweldsaanwendingen door opsporingsambtenaren en de wijze waarop dit geweldgebruik wordt beoordeeld en afgedaan. Om een einde te maken aan deze onwenselijke situatie is besloten om het gehele proces van melden, registeren en beoordelen van geweldsaanwendingen alsmede de terugkoppeling daarvan te herzien en landelijk te uniformeren. De in dit wijzigingsbesluit opgenomen nieuwe systematiek van melden, registreren, beoordelen en terugkoppelen van een geweldsaanwending heeft als doel het uniformeren van zowel het proces als de beoordeling (het interne procesdeel) zelf, alsmede een (betere) maatschappelijke en bestuurlijke verantwoording en het eventuele optreden als de geweldsaanwending daartoe aanleiding geeft. Daarnaast wordt een wijziging doorgevoerd ten aanzien van de reikwijdte van de te melden handelingen (een wijziging van het begrip aanwenden van geweld). Het nieuwe proces luidt – samengevat – als volgt:
- Melding van aangewend geweld (artikel 17, eerste en tweede lid): De ambtenaar die geweld heeft aangewend (dan wel de meerdere, indien de ambtenaar onder diens leiding heeft opgetreden en geweld heeft aangewend na diens uitdrukkelijke last), meldt schriftelijk de aard, waaronder het gebruikte geweldmiddel, en de gevolgen daarvan en mondeling de feiten en omstandigheden, waaronder de redenen die tot het aanwenden van geweld hebben geleid, aan de hulpofficier van justitie.
- Geweldsregistratie (artikel 17, derde tot en met vijfde lid): De hulpofficier van justitie registreert de melding, indien het aanwenden van geweld de dood dan wel lichamelijk letsel van meer dan geringe betekenis heeft veroorzaakt of gebruik is gemaakt van een vuurwapen of het aanwenden van geweld naar het oordeel van de hulpofficier van justitie daartoe aanleiding geeft. De hulpofficier van justitie brengt de geweldsregistratie ter kennis van de functionaris die het aangewende geweld gaat beoordelen en stelt de ambtenaar (en, indien van toepassing, de meerdere) in kennis van de geweldsregistratie.
- Kennisgeving aangewend geweld aan het openbaar ministerie (artikel 18): Van de geweldsregistratie wordt door de functionaris die het aangewende geweld gaat beoordelen, kennis gegeven aan het openbaar ministerie indien:
- het aanwenden van geweld de dood of zwaar lichamelijk letsel heeft veroorzaakt dan wel dat er ernstig rekening mee moet worden gehouden dat het aanwenden van geweld zwaar lichamelijk letsel heeft veroorzaakt;
- gebruik is gemaakt van een vuurwapen met enig lichamelijk letsel tot gevolg;
- het aanwenden van geweld naar het oordeel van de functionaris daartoe aanleiding geeft. De ambtenaar (en, indien van toepassing, de meerdere) wordt hierover door deze functionaris ingelicht.
- Beoordeling aangewende geweld (artikel 18a): De functionaris behandelt de geweldsregistratie zo spoedig mogelijk. De ambtenaar (en, indien van toepassing, de meerdere) wordt over de voortgang van de behandeling ingelicht.
- Registratie en jaarlijkse publicatie (artikel 19): De functionaris die het aangewende geweld beoordeelt, draagt zorg voor de registratie van de melding van de ambtenaren die geweld hebben aangewend, van de geweldsregistraties en de kennisgevingen aan het openbaar ministerie. De functionaris draagt tevens zorg voor een jaarlijkse publicatie van een zakelijke weergave van deze meldingen en kennisgevingen.
De herziening van het proces van melden, registeren en beoordelen van geweldsaanwendingen alsmede de terugkoppeling kan eenmalig een gevolg hebben voor de vergelijkbaarheid van geweldsaanwendingen en de wijze waarop deze zijn beoordeeld en afgedaan ten opzichte van de jaren daarvoor.
Inwerkingtreding met ingang van 01-07-2020.