Wet van 17-5-2010, Stb. 2010, 348
Wet tot goedkeuring van verdragen met het oog op het voornemen deze toe te passen op Bonaire, Sint Eustatius en Saba, en van het voornemen tot opzegging van verdragen voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba
—Het Koninkrijk der Nederlanden is subject van volkenrecht. Dit betekent dat verdragen altijd voor het Koninkrijk worden ondertekend. Als het parlement een verdrag goedkeurt, gebeurt dit voor een bepaald deel of bepaalde delen van het Koninkrijk. Overeenkomstig de strekking van artikel 91 van de Grondwet zal een verdrag dus pas van toepassing kunnen worden verklaard op de BES-eilanden indien en wanneer de parlementaire goedkeuring voor dat gebied is verkregen. Een dergelijke vantoepassingverklaring komt immers neer op binding van (een deel van) het Koninkrijk aan het verdrag in kwestie. Deze wet strekt ertoe het mogelijk te maken een aantal verdragen dat voor Nederland, maar niet voor de Nederlandse Antillen, parlementair is goedgekeurd en daarna is bekrachtigd, toe te passen op de BES-eilanden. Verdragen die alleen voor Nederland zijn goedgekeurd kunnen in de toekomst alleen dan ook op de BES-eilanden gelden, indien daarvoor parlementaire goedkeuring is gevraagd en verkregen. De aansluiting van de BES-eilanden bij Nederland betekent niet dat alle thans voor Nederland, maar niet voor de Nederlandse Antillen, geldende verdragen van toepassing moeten worden op de BES-eilanden; internationaalrechtelijk bestaat een dergelijke verplichting niet. Dit betekent dat er besloten kan worden om een verdrag vanwege de inhoud en doelstelling, alsmede wegens insulaire omstandigheden niet toe te passen op de BES-eilanden. Met betrekking tot de keuze welke verdragen van toepassing moeten worden op de BES-eilanden, zijn onder meer als uitgangspunt genomen de internationale verplichtingen van het Koninkrijk, in het bijzonder die van Nederland.
Inwerkingtreding 2-9-2010.