Wet van 18-12-2019, Stb. 2019, 508

Wet tot wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, de Wet inkomstenbelasting 2001 en de Wet op de dividendbelasting 1965 in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2017/952 van de Raad van 29 mei 2017 tot wijziging van Richtlijn (EU) 2016/1164 wat betreft hybridemismatches met derde landen (PbEU 2016, L 144/1) (Wet implementatie tweede EU-richtlijn antibelastingontwijking) 

—Vanuit het oogpunt van een snelle en gecoördineerde implementatie van de maatregelen ter bestrijding van belastingontwijking heeft de Europese Commissie in januari 2016 een voorstel gepresenteerd voor een richtlijn om bepaalde aanbevelingen van de OESO over BEPS in de EU toe te passen. Dit voorstel heeft geleid tot de in juli 2016 vastgestelde eerste antibelastingontwijkingsrichtlijn (de Anti Tax Avoidance Directive, ATAD1). De wet ter implementatie van ATAD1 is per 1 januari 2019 in werking getreden. De onderhavige wet dient ter implementatie van de tweede antibelastingontwijkingsrichtlijn tot wijziging van de eerste antibelastingontwijkingsrichtlijn wat betreft hybridemismatches met derde staten (ATAD2). In ATAD2 zijn de maatregelen ter bestrijding van hybridemismatches tussen de EU-lidstaten integraal vervangen door maatregelen ter bestrijding van hybridemismatches tussen de EU-lidstaten en tussen de EU-lidstaten en derde landen. Bovendien is ATAD2 ten opzichte van ATAD1 uitgebreid zodat meer typen hybridemismatches worden bestreden om te voorkomen dat belastingplichtigen gebruikmaken van resterende lacunes op het terrein van hybridemismatches om belasting te ontwijken.


Inwerkingtreding

De wet treedt in werking met ingang van 01-01-2020, met dien verstande dat artikel I, onderdelen C en E, voor het eerst toepassing vindt met betrekking tot boekjaren die aanvangen op of na 1 januari 2020.

Artikel I, onderdelen A, B en D, artikel II en artikel III treden echter in werking met ingang van 01-01-2022, met dien verstande dat die artikelen voor het eerst toepassing vinden met betrekking tot boekjaren die aanvangen op of na 1 januari 2022.


Kamerstukken