Rechters en griffiers geven tijdens de behandeling van rechtszaken op geen enkele wijze blijk van hun levensovertuiging. Het oordeel van het College voor de Rechten van de Mens dat de Rechtbank Rotterdam ongeoorloofd onderscheid heeft gemaakt door een sollicitante voor de functie van buitengriffier af te wijzen vanwege haar hoofddoek verandert daar niets aan.

Rechters en griffiers dragen ter zitting een toga. Dat heeft de wetgever bepaald. De toga symboliseert de onpartijdigheid en onafhankelijkheid van de rechtspraak. De gerechtsbesturen en de Raad voor de rechtspraak hebben afgesproken dat het togabesluit strikt wordt nageleefd en dat rechters en griffiers de toga niet combineren met tekenen waaruit hun levensovertuiging blijkt, zoals een keppeltje, een hoofddoek of een kruisje. Aan de volstrekte neutraliteit van rechtspraak kan geen concessie worden gedaan. De Rechtspraak  betreurt het dat het strikt naleven van de onpartijdigheid door het College als ongeoorloofd onderscheid wordt beschouwd.  

Bron: www.rechtspraak.nl

Laatste nieuws