Crisis Trias Politica VS vereist juiste analyse

De leer van de trias politica is vanwege de anti-rechtstatelijke golf die de VS overspoelt logischerwijs weer meer in de belangstelling komen te staan. Een emotionele afkeer van de persoon Trump dreigt evenwel bij sommige experts het zicht te vertroebelen op wat mogelijk dé oorzaak en dé verklaring is voor diverse al jaren geleden in gang gezette ontwikkelingen die op dit moment de democratie en ook de grondrechten van burgers bedreigen. In individuele zaken worden daardoor soms overhaast en niet goed onderbouwd conclusies getrokken die met grote woorden het vertrek van Trump eisen, een benadering die hem waarschijnlijk alleen maar in de kaart speelt. 

Een voorbeeld van dit laatste is wat er gebeurde tijdens de grote media-aandacht voor de afgelopen voorjaar door de regering-Trump naar El Salvador uitgezette Kilmar Garcia. Zelfs door juridische experts werd het voorgesteld alsof het Supreme Court of the United States (hierna: SCOTUS) de regering had bevolen om binnen drie dagen de terugkeer van Garcia naar de VS te bewerkstelligen, en dat Trump besloten zou hebben om dit bevel van de opperrechters aan zijn laars te lappen. De Amerikaanse hoogleraar constitutioneel recht Kim Wehle zou volgens NRC zelfs uitgesproken hebben dat het nu ‘de enige logische stap is dat het Congres de president afzet’. Dit terwijl SCOTUS weliswaar een bevel van het District Court om de terugkeer van Garcia te faciliteren (‘to facilitate’) in stand had gelaten, maar niet het bevel om binnen drie dagen diens terugkeer ook daadwerkelijk te effectueren (‘to effectuate’). Hetgeen gezien de staatssoevereiniteit van El Salvador waarschijnlijk ook een zonder meer (te) vergaand bevel zou zijn geweest, waaraan ik toevoeg dat de hierover door Trump benaderde Salvadoraanse president Nayib Bukele in een eerste reactie ook aangaf geen medewerking te willen verlenen aan een terugkeer van Garcia. De uitspraak van Wehle dat president Trump vanwege Garcia behoorde te worden afgezet was in ieder geval niet goed onderbouwd en niet verstandig.  

Een mogelijke verklaring voor de crisis

Op een dergelijke manier wordt helaas voorbijgegaan aan onderzoek naar dé oorzaak van de grote macht die Trump zich in de praktijk feitelijk is gaan toe-eigenen. Kan het al in 2020 zijn gaan ontstaan en uitdragen van zijn zelfverzekerde superioriteitsgevoel, en het toen al durven gaan etaleren van gedrag dat openlijk de uitslag van de verkiezingen probeerde te manipuleren wellicht ergens door verklaard worden? Dat is toch zonder meer een interessante vraag. Het is onmiskenbaar een feit dat Trump al in de nadagen van zijn eerste presidentschap als een olifant in een porseleinkast het ene na het andere heilige huisje omver durfde te kegelen. Dat gedrag heeft in mijn visie niets te maken met vermeende hem aansturende duistere en ongrijpbare krachten, maar daarentegen heel veel met een concreet aanwijsbare – en daardoor ook te bestrijden – oorzaak. Een oorzaak die te vinden is in een onderdeel van één van de pijlers van de Trias Politica: SCOTUS.

Alvorens dit nader toe te lichten vraag ik eerst aandacht voor de bijzondere woorden die opperrechter Sonia Sotomayor over SCOTUS uitsprak in haar dissenting opinion bij de uitspraak van 1 juli 2024 in de zaak Trump/United States (23-939). Zij reageerde op het besluit van zes van haar collega’s binnen SCOTUS om Trump immuniteit te verlenen tegen strafrechtelijke vervolging voor zijn pogingen om de uitslag van de verkiezingen van 2020 te manipuleren. Over dit oordeel van haar collega’s merkte zij in de door haar in hun bijzijn uitgesproken toelichting – hier vertaald weergegeven – op dat hiermee ‘een president een Koning wordt die boven de wet staat’ en ze zei ook ‘te vrezen voor onze democratie’.  

Deze het instituut van periodieke verkiezingen – hét topkroonjuweel van elke democratische rechtsstaat – niet bepaald beschermende uitspraak van SCOTUS kwam niet uit de lucht vallen. Al kort vóór de verkiezingen van 2020 hadden drie leden van SCOTUS namelijk een doodzonde begaan waar het betreft het niet tonen van respect voor dit kroonjuweel en het niet in acht nemen van de voor hen geldende beroepsregels. 

Een verziekt klimaat met als dieptepunt de bestorming van het Capitool

Ik doel op een kort vóór de verkiezingen binnen de Republikeinse partij breed verspreid statement dat was opgesteld door opperrechter Alito, gesteund door zijn collega’s Thomas en Gorsuch. Met daarin de onverhulde boodschap aan alle Republikeinse lezers om zich goed te realiseren dat bij een verkiezingsnederlaag de verkiezingen in de swingstate Pennsylvania waarschijnlijk ongrondwettelijk zijn verlopen, en dat burgers zich daar niet bij neer zouden hoeven te leggen...  Het statement ging binnen de Republikeinse partij direct viraal, met daarbij de navolgende voor het partijkader bestemde tekst: 

‘We are encouraged that Justices Alito, Gorsuch and Thomas indicated there was a “strong likelihood that the State Supreme Court decision violates the Federal Constitution” and they may hear this case after the election’. 

Iedere integere rechter weet – of behoort te weten – dat het volstrekt onaanvaardbaar is om een statement met een dergelijke inhoud naar buiten te brengen. Met dit gezag uitstralende statement lijkt destijds niet alleen menig Republikeins Congreslid met succes te zijn gehersenspoeld en aangespoord om na de winst van Biden actief in verzet te komen, maar lijkt bovendien dwars door alle staten heen de kiem te zijn gezaaid voor de zich als een virus massaal verspreidende nieuwe norm om uitslagen van verkiezingen bij verlies van Trump zonder het eisen van hard bewijs botweg te negeren. Met als één van de dieptepunten de in december 2020 beslechte rechtszaak Texas/Pennsylvania waarin zich maar liefst 126 Congresleden hadden gevoegd als partij. Gevolgd door hét absolute dieptepunt op 6 januari 2021, de door president Trump gedoogde bestorming van het Capitool. Voor een nadere toelichting en vindplaatsen verwijs ik naar NJB 2021/1159, afl. 15, p. 1154 - 1155.

Hier past voor de geschiedschrijving nog de vermelding dat in de roerige periode die hier toen op volgde bij het huis van opperrechter Alito een omgekeerde ‘Stars and Stripes’ uitdagend wapperde, de ook bij de bestorming van het Capitool als symbool van verzet waargenomen omgekeerde vlag. Dit vlagincident leidde later nog tot debat over de vraag of Alito wel deel zou mogen nemen aan de beraadslagingen binnen SCOTUS over de zaak die leidde tot de hiervoor aangehaalde uitspraak van SCOTUS van 
1 juli 2024. 

Een rechterlijke doodzonde met grote gevolgen

De drie opperrechters Alito, Thomas en Gorsuch – die gezien de aard en inhoud van hun benoeming uiteraard geacht worden beroepsmatig de kernwaarden van de rechtsstaat te allen tijde te zullen beschermen – hebben met het destijds naar buiten brengen van hun ‘statement’ een doodzonde begaan. Het lijkt niet uitgesloten dat Trump toen door hun actie vanwege een gevoel van onaantastbaarheid en onschendbaarheid vleugels heeft gekregen als ware hij superman. Waardoor hij de macht kon vergaren die hij momenteel opnieuw heeft, mede omdat hij zich gesterkt wist door de zekerheid van een jarenlange grote numerieke meerderheid van Republikeins gezinde rechters binnen SCOTUS. Het zou ook heel goed kunnen verklaren waarom hij tijdens de bestorming van het Capitool enorm hoog spel durfde te spelen door deze openlijk te gedogen. SCOTUS stond immers, zo wist hij al, met meerdere hem opvallend zéér welgevallige leden wel heel nadrukkelijk aan zijn zijde, en dat is tot op de dag van vandaag ook zo gebleven.

Het mag duidelijk zijn hoe enorm belangrijk het is om als democratische rechtsstaat te beschikken over een volwaardige en stabiele Trias Politica, en dat derhalve gewaarborgd is dat de rechterlijke macht te allen tijde een grotere afstand tot de politiek heeft dan momenteel het geval is in de VS. Het is te hopen dat ook het land van de onbegrensde mogelijkheden op enig moment tot dit inzicht komt, en dat wetenschappers op termijn ook daar de geesten rijp weten te krijgen voor een fundamentele herziening van de regels over de benoeming van rechters.  

 

Dit artikel is gepubliceerd in NJB 2025/1947, afl. 25

Afbeelding: ©shutterstock

Over de auteur(s)