In Nederland is ruimte schaars. Om verschillende activiteiten, zoals wonen, werken, landbouw, industrie en natuurbescherming mogelijk te maken, is het een hele opgave om de ruimte optimaal te verdelen. Niet alleen de ruimtelijke effecten van verschillende gebruiksfuncties botsen met elkaar, maar ook raken initiatiefnemers elkaars belangen met hun plannen. De Omgevingswet biedt (nieuwe) instrumenten om de verdeling en indeling van bestaande en toekomstige milieu- en gebruiksruimte te kaderen. Het omgevingsplan is hier een goed voorbeeld van. De gemeente kan zelf nieuwe regels opnemen binnen een bepaalde bandbreedte en kan ook bedrijven specifiek maatwerk toekennen op bestaande rechten. Het basisprincipe is een evenwichtige toedeling van functies aan locaties.
Maar hoe vindt de verdeling en herverdeling van milieuruimte plaats en hoe wordt omgegaan met bestaande rechten? Wat is de stand van zaken in de actuele jurisprudentie over het inperken van milieuruimte en milieuzonering? En hoe kun je als professional een zorgvuldig en geslaagd gesprek voeren wanneer verschillende belangen van initiatiefnemers en belanghebbenden elkaar raken? En wat zijn de mogelijkheden en ervaringen van de overheid om tot uitkoop over te gaan? Tijdens deze Leergang van de Vereniging voor Milieurecht (VMR) brengen vier sprekers u op de hoogte van de actuele ontwikkelingen in de wetgeving en jurisprudentie over schaarse milieuruimte, waarbij ook een concrete casus zal worden besproken.